zaterdag, juli 13, 2013

Goeie shit


Goeie shit, las ik gisteren in de V bijlage van de Volkskrant. Een artikel van Marina de Vries over de Italiaanse kunstenaar van aristocratische afkomst, Piero Manzoni (1933-1963), waar momenteel in het Städel Museum in Frankfurt een overzichtstentoonstelling onder de titel 'Als Körper Kunst wurden' aan gewijd is.

Piero Manzoni maakte uiteindelijk conceptuele kunst, een kunstvorm waarbij het idee ofwel het concept belangrijker is dan esthetische of materiaal-technische afwegingen. Ook een kunstvorm die de ballast van het verleden wilde afwerpen, schoon schip maken en opnieuw beginnen. De schilderkunst niet langer zien als de verbeelding van een mystieke goddelijke wereld, maar als een alledaagse realiteit, waarbij het spel van licht en schaduw voor voortdurende verandering zorgt. Witte wandwerken (achromen), ontdaan van elke kleur, waarin vaak reliëfs zijn aangebracht.

Piero Manzoni was aanhanger en wegbereider van een kunststroming, die eind vijftiger jaren begin zestiger jaren van de vorige eeuw meer aanhangers had. Zo was daar de Nederlandse Nul-beweging, die in 1960 gevormd werd door Jan Schoonhoven, Armando, Jan Henderikse, Herman de Vries en Henk Peeters, en tot 1965 heeft bestaan. De werken van de Nul-groep waren en zijn in het bijzonder anti-schilderkunstig. Traditionele materialen als verf en steen werden bij voorkeur vervangen door industriële materialen. En de Nederlandse Nul-beweging was weer ontstaan in de internationale context van Zero in Duitsland (Otto Piene, Heinz Mack, Gunther Uecker), Azimuth in Italië (Piero Manzoni, Enrico Castellani, Augustino Bonalumi) en het nouveau réalisme in Frankrijk (o.a. Yves Klein, Daniel Spoerri, Arman en Jean Tinguely).



Het streven van deze minimalistische bewegingen was om de kunst van zijn glamour en verheven status te ontdoen, te democratiseren en de kloof tussen kunst en leven te dichten. Piero Manzoni ging daarin zover dat hij kunst net zo gewoon vond als stront. Hij produceerde begin 1961 negentig concervenblikken. Hij drukte negentig etiketten, nummerde en signeerde ze. En hij vulde de blikken met zijn eigen poep, 30 gram per blikje. In vier talen staat het erop: Merda d'Artista, Merde d'Artiste, Artist's Shit en Künstlerscheisse. Manzoni verkocht destijds de gesigneerde blikjes poep aan het publiek voor de dagprijs van 30 gram goud.

Dat gemorrel aan de fundamenten van de gevestigde kunstorde voelde men destijds mogelijk als een noodzaak. Maar ik ben blij dat die zoektocht naar de neutrale realiteit in de kunst, die volgens Armando meer naar een dood spoor leidde dan naar een nieuw begin, alweer decennia achter ons ligt. Veel werken van de Nulkunst zijn achterhaald en verroest of vergaan. De opgave voor de hedendaagse kunstenaar is nu omgekeerd: niet laten zien dat kunst net zo gewoon is als stront, maar laten zien dat kunst net zo bijzonder is als goud!

Trouwens bizar dat zo'n onooglijk blikje stront van de kunstenaar op een veiling ruim 60 duizend euro heeft opgebracht!

Geen opmerkingen: