maandag, mei 30, 2016

muziek in de Fortuna en meer


Zondagmorgen rond elf uur kwamen we aan in Edam, het pittoreske stadje met z'n oud Hollandse kern, overtuigend bewijs van een rijk verleden. Wandelend langs de verstilde grachtjes en door oude straatjes met prachtige al of niet gerestaureerde gevels, waan je je zomaar een paar eeuwen terug in de tijd. Maar we begonnen ons dagje Edam met koffie en appelgebak met slagroom op het terras van restaurant 'de Fortuna' (nr. 13). Een traktatie van Hans en Carla i.v.m. onze jaarlijkse verjaardagendag, die we deze keer met 16 man/vrouw sterk vierden. Toen het één en ander al kletsend over koetjes en kalfjes door iedereen verwerkt was, werd er geleidelijk aan overgegaan op iets anders. Waarna we er en passant ook maar hebben geluncht. We zaten daar immers prima, lekker temperatuurtje en het zonnetje brak steeds even door. Bovendien zouden daar de pianisten Willemijn de Widt & Abel Nijkerk om halftwee de spits afbijten met een optreden in het kader van 'PianoWandeling Edam 2016'.

Het programma vermelde dat er tussen halftwee en vier uur op 23 verschillende plaatsen in de binnenstad van Edam zou worden opgetreden door allerlei musici. En dat de slotmanifestatie tussen halfvijf en kwart voor zes zou worden gehouden in de Grote Kerk (nr. 24), met een solo optreden van pianist Ruben Plazier, alsmede een optreden van het Symfonisch Orkest Purmerend en Omstreken met Jaap Kooi als pianist. Heel wat bij elkaar, keuzes maken dus. Aldus geschiedde, de één dook hier naar binnen de ander daar, voor zover dat tenminste mogelijk was, want het was knap druk overal. Er was voor elk wel wat wils, van jazz tot klassiek, van rock tot blues en van pop tot minimal. Een leuk festijn, tussendoor ergens op een terrasje een ijsje eten, en verder maar weer. Maar het slotconcert in de stampvolle Grote Kerk spande wat mij betreft de kroon. Eerst die Ruben Plazier met zijn solo stukken van Schumann, Debussy en Chopin, en daarna het Symfonisch Orkest met de Ouverture Die Lorelei van Bruch; La Cathédrale engloutie van Debussy; Dans van de zwanen (uit het Zwanenmeer) van Tsjaikovski en als slot het prachtige pianoconcert in a mineur Op. 16 van Edvard Grieg.

Rond zes uur was het afgelopen en stroomde de Grote Kerk weer leeg. Van al het gesjouw en de opgedane muzikale emoties, hadden we een behoorlijke trek gekregen. Alvorens huiswaarts te keren, besloten we dan ook om daar eerst maar wat aan te doen. In Restaurant Pizzeria 'La Galera' in de Gevangenpoortsteeg konden we zowaar nog met ons groepje terecht, dat inmiddels wel was geslonken tot negen personen. Maar ook dat was weer gezellig. Even over acht hebben we de auto maar weer eens opgezocht, einde van een mooi dagje Edam.

zondag, mei 22, 2016

over een plezant dagje in mei


Rondom Utrecht Centraal wordt momenteel aan veel projecten gewerkt. Om veilig te kunnen bouwen aan al die projecten, veranderen routes met de regelmaat van de klok. Aan m'n navigatiesysteem had ik ter plekke in elk geval geen bal. Ik had aan alle kanten ogen nodig om in mijn auto zonder kleerscheuren in de buurt van station Utrecht Centraal te komen. Want daar moest ik 's morgens even over negen zijn, om precies te zijn op de Kiss + Ride locatie aan de jaarbeurszijde van het CS. Ik ben er gekomen, maar vraag niet hoe, het verdiend zeker de schoonheidsprijs niet, tegen het verkeer in en via busbanen, van die dingen. Maar het resultaat telt zullen we maar zeggen, vrijwel gelijktijdig arriveerde ik met mijn vrienden Henk en Jan op de afgesproken plaats. Zij waren vanuit Amsterdam per trein hier naar toe gekomen. Kiss + Ride, kus je weg, las ik eens ergens. Dat hebben we dan ook maar gedaan, en zo reden we even later met z'n drieën blijmoedig de stad uit, richting het zuiden. Op het programma van ons gezamenlijke dagje uit, hadden we op de eerste plaats een bezoek aan het 'MOTI' Museum of the Image in Breda gepland, en vervolgens een bezoek aan museum 'De Pont' in Tilburg en het 'TextielMuseum', eveneens in Tilburg. Onderweg keuvelend over van alles en nog wat, kwamen we na een uurtje rijden aan in de Boschstraat in Breda. Bijna recht tegenover het museum konden we parkeren en koffie drinken.


MOTI  aan de Boschstraat in Breda.


MOTI, Museum of the Image in Breda is volgens Bartjens hét museum voor beeldcultuur. We worden overspoeld met beelden, dag in dag uit. In MOTI, Museum of the Image vragen ze zich daarom af, wat al die beelden met ons doen, en wat wij er mee doen. Derhalve richten ze zich via tentoonstellingen, symposia, publicaties e.d op relevante ontwikkelingen binnen de beeldcultuur op alle niveaus. Veel gezien daar, maar twee expo's sprongen eruit t.w. 'Nieuwe lusten' en 'Van Goghs Mini's'. In 'Nieuwe Lusten' wordt het meer dan 500 jaar oude schilderij van Jheronimus Bosch vertaald naar het heden. Verschillende delen van de triptiek zijn tot leven gewekt door middel van animaties van Persijn Broersen & Margit Lukács, Studio Smack, Eelco Brand en Floris Kaayk. Aan de hand van hedendaagse animatietechnieken hebben ze een extra betekenislaag toegevoegd aan het oude schilderij, en de beleving daarvan niet alleen vergroot, maar ook in de hedendaagse beeldcultuur geplaatst.
In 'Van Gogh Mini's' hebben tientallen hedendaagse Nederlandse kunstenaars op verzoek van MOTI met miniatuurstudies de werkwijze van Vincent van Gogh (1853-1890) middels hun eigen stijlvorm trachten te ontleden, aan te vullen, te bekritiseren of te herinterpreteren. De door de kunstenaars zelf uitgekozen miniatuurstudies spelen zich in een kijkdoos af. Turend met één oog door een klein gaatje zagen we de verrassende en vaak wonderlijke interpretaties van Van Gogh's werk in notendop. De reden om de ministudies in een kijkdoos uit te voeren, ligt in het feit dat de kunstenaar zich moet verhouden tot de diepte van het beeld, ofwel het perspectief dat de eenogige blik afdwingt. Van Gogh's perspectiefvoering en kleurgebruik, de kenmerkende basisbeginselen van zijn uitgebreide oeuvre, kwamen zodoende direct aan bod. Leuk gevonden allemaal dat gepriegel, maar om eerlijk te zijn vond ik het behalve ver gezocht ook nog van een niveau, waar ik op een enkele uitzondering na koud nog warm van werd.

Entree museum 'De Pont' in Tilburg


Een bezoek aan museum 'De Pont' in Tilburg was de volgende stap. Het in 1992 geopende museum voor moderne en hedendaagse kunst, gevestigd in een oude fabriek (wolspinnerij), is vernoemd naar de in 1987 overleden jurist en ondernemer Jan de Pont (1915-1987). De collectie van museum 'De Pont' omvat ruim zeshonderd werken van ongeveer zeventig nationaal en internationaal bekende kunstenaars, waaronder Marlene Dumas, Bill Viola en Anish Kapoor.
Van de exposities, die we na de lunch in het museumcafé hebben bekeken, maakte de tentoonstelling van Roni Horn (New York, 1955) op mij de meeste indruk. Boeiend, vooral die monumentale glassculpturen, maar ook de series fotowerken en tekeningen. Roni Horn groeide op in New York en studeerde aan de Rhode Island School of Design en Yale University. Sinds een bezoek aan IJsland in het verleden, schijnt dit land voor haar een onuitputtelijke bron van inspiratie te vormen. Kijkend naar die enorme glassculpturen, kon ik mij daar wel iets bij voorstellen. Verder hebben we daar beelden van het Hindenburgline Project bekeken van Creyghton & Van Duijnhoven. Honderd jaar geleden woedde in Europa de Eerste Wereldoorlog. Fotograaf L.J.A.D. Creyghton volgde afgelopen jaren met de in Brussel woonachtige schrijver/dichter/historicus Serge R. Van Duijnhoven de Westfront-Hindenburglinie, een ruim duizend kilometer lange frontlijn die loopt van het Belgische Nieuwpoort naar Pfetterhouse bij de Zwitserse grens. Boeiend, maar dat waren de levensgroot geschilderde race paarden van Mark Wallinger ook. Ach er was zoveel moois te zien in museum 'De Pont', maar voor dit stukje wil ik het hierbij maar laten.

TextielMuseum a/d Goirkestr. in Tilburg


Het TextielMuseum, eveneens in Tilburg was ons volgende adres. Het textielmuseum is sinds 1985 gevestigd in de voormalige textielfabriek (nu Rijksmonument) van de firma C. Mommers & Co. Het in 2008 geopende transparante entreegebouw, dat de twee historische panden met elkaar verbindt, is ontworpen door het Delftse architectenbureau Cepezed.
In het museum hebben we gezien hoe textiel van oudsher tot op de dag van heden wordt gemaakt. Ook hebben we een prachtige collectie textielkunst kunnen bekijken. En in het TextielLab hebben we gezien hoe het proces van een textielontwerp doorgaans verloopt. Trouwens geweldig dat hedendaagse vormgevers, kunstenaars en studenten daar langs kunnen komen met hun ontwerpen. En dat een aantal vakmensen daar deze kunnen omzetten in patronen op computergestuurde textielmachines. Prachtig ook dat we daar als bezoekers getuige van konden zijn en vragen konden stellen. Verder was er in het museum ook nog een bibliotheek, een documentatiecentrum en een museumwinkel waar je textielproducten kon kopen die daar met de historische machines van het museum zijn gemaakt.
De tentoonstelling Jheronimus Bosch 500/Making of 'De terugkeer van de Olifant' was een mooi voorbeeld van wat ze daar kunnen. Een eigentijdse vertaling van 'De Strijdolifant', een tapijt van Jheronimus Bosch uit 1530, door de Belgische kunstenaar Jan Fabre. Onderwerp van de tentoonstelling is het proces van ontwerp naar vervaardiging, waarbij nader wordt ingegaan op de verschillen tussen de 16de eeuw en het heden. Toen Jan met het voorstel kwam om het textielmuseum te bezoeken, was ik eerlijk gezegd een beetje sceptisch over wat ik me erbij voor moest stellen. Maar nu weet ik beter, het is een hardstikke boeiend en interessant museum, daar kom ik zeker terug!

Grand Cafe-Rest. 'De Verdraagzaamheid'
Na het TextielMuseum vonden we het welletjes, voor vandaag hadden we genoeg kunst opgesnoven. De vijf zat in het uur, tijd voor de meer culinaire genoegens des levens. Om te beginnen met een pitstop in Zaltbommel. Op het terras van Grand Café 'De Verdraagzaamheid' aan de Waalkade, al jaren een begrip in Zaltbommel en omstreken, hadden ze zo te zien nog wel een plekje voor ons vrij. Genietend van het mooie uitzicht op de druk bevaren Waal en de prachtige brug verderop, die me altijd aan een stel harpen doet denken, smaakte het pikketanisje ons uitermate goed. Maar we konden daar uiteraard niet blijven zitten, ik moest nog rijden ook. Het was halfzes, even speelden we met de gedachten om daar toch ook maar te blijven eten, maar daar zagen we vanaf. Nog een beetje vroeg, bovendien schoot me plotseling een adresje in Hurwenen te binnen, waaraan ik goede herinneringen uit het verleden heb overgehouden.


Brasserie 'De Roskam' in Hurwenen
Brasserie 'De Roskam' aan de Waaldijk in Hurwenen. Een unieke locatie direct aan de Waal, gezellige ambiance en prachtig uitzicht op de Waal. Vanuit Zaltbommel amper een kwartiertje rijden. Zo gezegd, zo gedaan, een halfuurtje later zaten we met z'n drietjes in 'De Roskam' de menukaart te bestuderen. Daar waren we snel uit, vooraf een aspergesalade, daarna slibtongetjes en vervolgens ijs en een koffie na. Het smaakte ons goed allemaal, misschien een beetje tegoed allemaal. Want zo kon het gebeuren dat we redelijk klem in onze broekjes aan de laatste etappe naar Utrecht begonnen. Rond negenen waren we terug bij de Kiss + Ride locatie nabij CS. Het afscheidsritueel voltrok zich nu uiteraard in omgekeerde volgorde. Hoe laat hun trein precies vertrok weet ik niet, maar er rijden er zat naar A'dam. Einde van een plezant dagje met m'n oude vrienden Henk en Jan.

zondag, mei 15, 2016

'Poolster' in groot onderhoud


Onderhoud is één van de twijfelachtige geneugten van het hebben van een schip, weet ik uit ervaring. Wat voor een schip dan ook, hout, staal of polyester, goed onderhoud is behoud. Met de 'Swing', mijn polyester zeiljachtje, voer ik vaak op zoutwater, als bekend een sloper. Het onderhoud was dan ook één van de meest constant terugkerende bezigheden in mijn zeilersleven. Er was vaak wat te doen aan boord na een zeiltocht op zee. En aan het eind van het zeilseizoen had je na een grondige inspectie- en schoonmaakbeurt evengoed nog het één en ander te vervangen of te repareren. Klussen waar ik vaak een broertje aan dood had, ik wilde eigenlijk alleen de lusten, niet de lasten. Tot zover mijn polyester verhaaltje, het is echter allemaal peanuts vergeleken met het onderhoudswerk wat je aan een Lemsteraak hebt!

Want de laatste tijd help ik mijn dochter en schoonzoon af en toe bij de 'grote onderhoudsbeurt' van hun Lemsteraak. Het is de 'Poolster' waarover ik in mijn stukjes wel vaker geschreven heb. Elk jaar is er aan dit prachtige 12 meter lange zeilschip natuurlijk onderhoudswerk te verrichten, maar eens in de 5 à 6 jaar moet er m.n. met het schilder- en lakwerk wat meer gebeuren, en is er dus sprake van een 'grote onderhoudsbeurt'. Ondanks dat ze veel werk hebben uitbesteed, is er voor hun zelf nog zoveel te doen dat elk handje extra welkom is. Alle houten onderdelen op de Lemsteraak, en dat zijn er nog al wat, moesten meerdere keren worden gelakt en geschuurd. Mast, giek, gaffel, boegspriet, fokkeloet, roer, zwaarden, blokken, berghouten, etc. Om over het schilderwerk aan de stalen romp en opbouw, alsmede diverse werkzaamheden aan kuip en teakdek maar te zwijgen. Ze lopen achter op de planning, maar er begint schot in de zaak te komen. Over enkele weekjes is het weer lekker varen met de handel. Trouwens de 'Poolster' ziet er nu al uit om door een ringetje te halen, dat is één ding. En de ervaring heeft wel geleerd dat straks, zeilend op het weidse Wad, alle onderhoudssores sowieso snel vergeten zullen zijn!

vrijdag, mei 13, 2016

Kunst op landgoed Enghuizen


Zie jij ze vliegen?
De wandeling over landgoed 'Enghuizen' in Hummelo is slechts vier kilometer lang, maar wel vier bijzondere kilometers. Behalve de schoonheid van het zeer afwisselende landschap, is er langs de route ook allerlei kunst te zien. Ze noemen het daar dan ook de kunstwandelroute, dit jaar de 17e. Vijf jaar geleden alweer hebben we daar de 12e gelopen, (zie mijn stukje 'wandeling' van 7 mei 2011). We begonnen te lopen bij restaurant 'De Gouden Karper' aan de Dorpstraat in Hummelo, waarna we al vrij snel langs de plek liepen waar het ooit in 1835 gebouwde landhuis 'Enghuizen' stond. Links van het pad hing een enorm rotsblok tussen de bomen waarop een wolf-mens zat 'zelfportret' geheten van Floris Wolvetang. En een eindje verderop zagen we twee uit de kluiten gewassen tortelduiven op een tak met elkaar zitten flirten, een werkje van Jos Koster. Rechts op de achtergrond, achter het kunstwerk 'tekenen in de lucht' van Gebke Westra en Dries Olthoff, het vroegere jagershuis op een eilandje in een vijver. We kwamen langs de tuinmuur van de oranjerie van landgoed Enghuizen waartegen 14 werkjes van Rik de Ridder genaamd 'zoete heilige huisjes'. Gemaakt van suiker, gefixeerd met gehard palmvet, minstens driekwart was reeds naar de knoppen, maar dat was ook de bedoeling las ik.

Interessant allemaal, maar om eerlijk te zijn boeide me tot nu toe het landschap meer dan de kunst. Steeds die afwisseling tussen landbouw- en bospercelen, prachtig die vergezichten in dit coulissen landschap. Op een gegeven moment liepen we tegen een enorme Acaciaboom aan, we schatten de diameter op minstens twee meter. In de boom hing een kunstwerk genaamd 'zie jij ze vliegen?' van Jacqueline van Seters. Een werkje waarmee ze een lans wil breken voor rust en creativiteit. Laat je mobieltje even voor wat het is, en heb oog voor de vogels en de natuur. Een prima bijdrage aan het uit totaal 33 creaties bestaande kunstproject vond ik achteraf. Niet dat de overige kunstwerken veel minder waren, maar de gedachte achter 'zie jij ze vliegen?' trok me aan. Er waren hier trouwens wel meer kunstenaars die zich door de natuur hebben laten inspireren. Ik noem er nog een paar: 'Boomspiraal' van Jan Opdam, de spiraal is een oervorm in de natuur of 'Leef' van Wilma Brouwer, leven is het begrijpen van ogenblikken die bevrucht zijn door het eeuwige, en gevuld met oneindigheid, een uitspraak van schrijver Aart van der Leeuw (1876-1931). Het was een bijzonder wandelingetje daar in Hummelo! Na afloop hebben we, alvorens weer huiswaarts te keren, op het terras van de 'De Gouden Karper' nog een lekker kopje thee gedronken.

donderdag, mei 12, 2016

een avondje tafelen in Weesp


Rond acht uur streken we neer op het terras van 'De Schalkse' in Weesp. We, dat zijn de mannetjes van het 'Herenleed', een heuglijk feit dat we een aantal keren per jaar plegen te vieren met een gezellig copieus etentje. (zie o.m. ook mijn stukje Herenleed & Aaltje van 31 oktober 2014) Oorspronkelijk in Amsterdam, maar steeds vaker ook elders, zoals deze keer dus weer eens in Weesp op één van de mooiste terrasjes aan het water. Een zomerse avond, en dat was te merken op het druk bezette terras. Maar niet alleen op het terras, ook op de Vecht was het één en al reuring. In de verte een wedstrijdje met Optimisjes, een eenzame langeafstandzwemmer trok voorbij, maar ook motorjachtjes, kanoërs, skiffs, sloeproeiers en borrelbootjes, want zo noem ik die goed geoutilleerde motorsloepjes doorgaans. Uitgerust met ijskast en bar tuften ze relax koutend aan ons terrasje voorbij. Wat een circus eigenlijk, maar wel een leuk circus, iedereen genoot zo te zien, en wij vooral natuurlijk met al die culinaire versnaperingen voor de neus. 'Herenleed', synoniem voor een genoeglijk avondje!

woensdag, mei 11, 2016

zomerse moederdag in H'wijk


Eerst hebben we een tijd op ons eigen terrasje in de zon zitten kletsen en drinken. Nou ja in de zon, wel onder een luifel natuurlijk. Toen we uitgekletst waren zijn we Harderwijk ingetrokken. Maar veel verder dan het 'Walhalla' op het strandje kwamen we niet. We wilden daar een hapje eten, maar dat konden we de eerste uren wel vergeten. Ja binnen was nog wel plaats, maar daar voelden we niets voor op deze prachtige avond aan het Wolderwijd. Dan toch maar naar good old 'Monopole', ook druk, zeer druk zelfs, maar na enig geschuifel en wat passen en meten hadden we op het terras toch nog vrij snel een mooi tafeltje voor vijf. Turen in het immense zwerk boven het Wolderwijd, fascinerend! Eten is haast bijzaak, maar de gegratineerde zalmfilet met kruidencrème smaakte en passant prima!

dinsdag, mei 10, 2016

zondagochtendwandelingetje


Zondagochtend hebben we de auto in de Donkeresteeg, nabij boerderij 'Groot Deuverden' geparkeerd voor een wandelingetje. 'Groot Deuverden' is een prachtige hallenhuisboerderij in het grensgebied van Nijkerk en Putten, die volgens Bartjens uit het eerste kwart van de 19e eeuw dateert. Kenmerkend voor deze historische boerderijtypes is, dat het woongedeelte (het voorhuis) en het werkgedeelte (het achterhuis) onder één doorlopende (lage)kap zijn geplaatst, terwijl de lengteas daarvan in de meeste gevallen evenwijdig aan de verkavelingsrichting ligt. In 'Deuverden', deel van landgoed 'Oldenaller', wisselen natte en droge gebieden elkaar sterk af, met als gevolg een grote variatie in flora en fauna. Een prachtig wandelgebied, we hebben daar enkel onder begeleiding van vogelgezang en gekwaak van kikkers een uurtje heerlijk gewandeld over een stukje Kruishaarderpad, in die regio één van de vele z.g. klompenpaden.

maandag, mei 09, 2016

over navigeren op de golfslag


Geen scheepskompas, geen sextant, geen zeekaart, geen radio, laat staan elektronische plaatsbepalingsapparatuur. Niets van dat alles hadden, en hebben nog sommige zeevaarders van de Marshalleilanden nodig. Honderden mijlen leggen ze af met enkel een mentale kaart in hun hoofd, die was afgeleid van z.g. stokjeskaarten. Raamwerken van houtjes en schelpen waarop eilanden, stromingen en deining ruwweg zijn weergegeven. Informatie die de navigator voor vertrek in zich opneemt, de stokjeskaarten blijven thuis. Met deze kennis navigeren ze tijdens de reis dus enkel alleen op de golven! En nog verbluffend nauwkeurig ook, ongelooflijk!
Een aantal wetenschappers, waaronder de Nederlander Gerbrant van Vledder (1957) van de TU Delft, zeilden 200 km in Grote Oceaan om de oude Marshallese kunst van het ‘golven lezen’ te bestuderen. Daarna hebben ze geprobeerd deze in te passen in de wetenschappelijke golfmodellen, zoals SWAN en SWASH, die door de Technische Universiteit Delft zijn ontwikkeld. De door de komst van GPS (Global Positioning System) bijna verdwenen kunst van golfnavigatie, kan volgens van Vledder alleen worden begrepen èn behouden door samen te werken. Door plaatselijke kennis, golfwaarnemingen ter plekke, satellietwaarnemingen en groot- en kleinschalige golfmodellen met elkaar te integreren. De golfmodellen dragen zo bij aan het verklaren van de geheimen van de zeevaarders van de Marshalleilanden.



Toen ik onlangs in de Volkskrantbijlage dit artikel over oceanografie las, moest ik denken aan m'n navigatiecursussen in het verleden. Zeilen op zee is één ding, maar je moet daar natuurlijk ook je weg weten te vinden, en bovendien in alle omstandigheden de juiste procedures weten. Een cursus theoretische kustnavigatie, in mijn geval aan de Amsterdamse Zeevaartschool, vond ik destijds wel het minste wat nodig was om de zee op te gaan. Ik leerde de ins en outs van de zeekaart en omgaan met het scheepskompas. En begrippen en factoren als variatie, deviatie, getijden, stroming, drift, zicht- en radiopeilingen en de interpretatie van het één en ander in de berekeningen van allerlei koersformules. Ik rekende me suf om middels een gegist bestek een z.g. gegiste positie te verkrijgen! En toen ik later verder de zee opging heb ik middels een cursus Astronavigatie ook nog een beetje leren omgaan met de sextant. Maar dat was toen eigenlijk al meer voor de lol dan dat het direct noodzakelijk was, want de GPS was inmiddels voor jachtschippertjes all over the world beschikbaar gekomen. Geleidelijk aan werd ik een gemakzuchtig zeezeilertje, geen gereken meer voor een gegiste positie, gewoon een druk op de knop en via de satellieten wist ik praktisch precies waar ik zat, een kind kon de was doen.

Uit het onderzoek van van Vledder en consorten is middels computermodellen gebleken, dat de Marshallese navigators hun weg door de golven vinden door voortdurend onder een hoek van 90º op de overheersende golfrichting te varen. Ze lezen de golven, fascinerend en ongelooflijk knap. Hoewel de voldoening en het plezier groter is wanneer je op zee middels natuurlijke bronnen je weg gevonden hebt, dan langs elektronische weg, begrijp ik best waarom ook de Marshallese zeevaarder na de komst van de GPS gemakzuchtiger is geworden.

zaterdag, mei 07, 2016

monding v.d. Hierdense Beek


Onlangs zijn we via het nieuwe fietspad, dat de Hierdense Mheenlanden vanaf de Kleine- tot de Ooster Mheenweg doorkruist, naar de monding van de Hierdense Beek gefietst. Qua afstand niet spectaculair, maar qua rust en natuurbeleving des temeer. Hoe vaak we in het gebied tussen de Veluwse stuwwal en de voormalige Zuiderzee tussen Harderwijk en Elburg ook komen, het blijft ons boeien. De variatie in gebiedskwaliteiten en landschappen is behoorlijk, in grote lijnen aan de ene kant het hoge beboste Veluwe massief aan de andere kant het Veluwemeer. Daartussen in een relatief open landschap, variërend van de enigszins besloten kampenlandschappen met essen tot een meer open veengebied. En dan natuurlijk die prachtige Hierdense Beek, die een belangrijke ecologische verbinding vormt tussen het ongeveer 25 km stroomopwaarts gelegen Uddelermeer op de Veluwe en het Veluwemeer nabij Hierden.

Bij de monding van de Hierdense Beek ontdekten we een mooie vogelkijkhut. Natuurlijk hebben we deze verhoogde uitkijkpost even beklommen, ook al hadden we geen verrekijker bij ons. Er komen daar veel soorten vogels tussen de rietkragen en de omliggende grasland voor. Uiteraard zwanen, ganzen en meeuwen, maar ook om maar enkele soorten te noemen de ijsvogel, zwaluw, torenvalk, zeearend, graspieper en zilverreiger. Als gezegd, een in alle opzichten prachtig gebied! Na dit moois zijn we vervolgens stroomopwaarts langs de Hierdense Beek via Hierden en een stukje Zuiderzeestraatweg terug naar ons uitgangspunt in Harderwijk gefietst.

vrijdag, mei 06, 2016

over de laatste zussendag plus


De broertjes mochten al eerder mee met de jaarlijkse zusjesdag. Dit jaar werden de handen wederom over de zusterlijke hartjes gestreken, en mochten de zwagertjes ook van de partij zijn. Een nieuwe familiedag was geboren! Zo begon op 11 mei 2014 mijn stukje
'tijdreis met boot en stoomtram' Een tripje dat door Hans en Carla was georganiseerd. Bijna een jaar later schreef ik op 7 mei in mijn stukje 'attracties en beslommeringen' over een zussendag die door Christien was georganiseerd het volgende: De ooit enkel als zussen- en schoonzussendag begonnen combi, werd na verloop van tijd een zussen-/schoonzussen- en broersdag. En inmiddels heb ik voor de tweede keer op rij de combi zussen-/schoonzussen-/broers- en zwagerdag meegemaakt. Mooi, maar onlangs, om precies te zijn op 3 mei 2016 hebben we alweer de laatste zussendag-plus mogen beleven. Want op zussendag 2017, die eis en weder dienende door Alida en Jeannette zal worden georganiseerd, zijn de mannetjes niet meer van de partij. En zo hoort het natuurlijk ook op een echte zussendag. Maar het is natuurlijk ook wel een beetje jammer, we begonnen na drie keer meedoen net te wennen aan dit familiefenomeen.

Dit stukje heet dan ook niet voor niets 'over de laatste zussendag plus' Het was een mooie dag, alles zat mee, sfeer, stemming en weer. Alvorens naar Amersfoort af te reizen voor een rondvaart door de grachten, hebben we eerst een tijdje bij ons op het terras koffie met gebak zitten nuttigen. We waren met z'n tienen, dus reden we vervolgens met twee auto's richting Amersfoort. Na deze onder het stadhuis te hebben geparkeerd, zijn we met z'n allen naar 'Waterlijn Rondvaarten' gewandeld in de Krommestraat. De rondvaart van ongeveer drie kwartier via de west route verliep als volgt: Langegracht-Kortegracht-Westsingel-Langegracht. Onderstaand filmpje is een leuke impressie van dit tochtje.



Leuk open bootje, paste allemaal precies, incl. stuurman en gids zat de boot vol. De gids die zich gezellig tussen ons in had genesteld heeft aan één stuk zo door drie kwartier zitten kletsen. Maar niet zomaar, hij wist praktisch over elk gebouw of bruggetje wel iets te melden. De Amersfoortse binnenstad ken ik als m'n broekzak, maar vanaf het water had ik het nog nooit zo bekeken. Prachtig, ik heb genoten, en ik niet alleen. Alvorens vervolgens in Harderwijk het Stadsmuseum te bezoeken, hebben we even op het terras van restaurant 'Hortustuin' een koele versnapering genomen. We zaten zo lekker dat er stemmen opgingen die zich afvroegen of we het Stadsmuseum niet beter konden vergeten. Maar de meerderheid koos er toch voor om zich aan het door Joke en Will bedachte programma te houden. En zo liepen we even later dus toch maar naar kunst en de geschiedenis van Harderwijk te kijken. De tentoonstelling 'Down Under' vond ik bijzonder, een unieke kennismaking met Aboriginal kunst uit Australië. Rond een uur of acht hebben we met een afsluitend etentje in restaurant 'Monopole' een punt achter deze, voor de mannetjes enigszins bijzondere maar leuke zussendag gezet.

donderdag, mei 05, 2016

Kasteel het Nijenhuis in Heino


2016, de in aanbouw zijnde pijlerbrug.
Lekker weertje zondag voor een wandelingetje door de beeldentuin van Kasteel het Nijenhuis in Heino. Om er te komen kozen we deze keer voor de mooie alternatieve route via Wapenveld, de Werver- en IJsseldijk en het 'Wijhese Veer'. Naast de Werverdijk nabij Wapenveld werden we totaal verrast door de aanblik van een enorme betonnen pijlerbrug in aanbouw. Waterschap Vallei en Veluwe realiseert Hoogwatergeul Veessen - Wapenveld, lazen we op een billboard. 'Geef de rivier de ruimte' is een reeds jarenlang bekend onderwerp, op meer dan 30 plaatsen in het Nederlandse rivierengebied krijgt de rivier meer ruimte. Hiervoor zijn verschillende mogelijkheden onderzocht, maar de verdere ontwikkeling en uitvoering van de plannen hebben we zelf niet echt in detail gevolgd. De plotselinge confrontatie hier met een 'eeuwenoud landschap op de schop' hield ons dan ook even danig bezig. De open pijlerbrug is straks de uitloop van de in aanleg zijnde Hoogwatergeul. De oude bestaande dijk moet daarom ter plaatse over de lengte van de nieuwe pijlerbrug worden gesloopt. De geul wordt 8 kilometer lang en is tussen de 550 en 1.500 meter breed. De geul ontstaat door de aanleg van twee nieuwe dijken. Gezien de in de toekomst te verwachten waterhuishouding in ons land, noodzakelijke maar ook ingrijpende maatregelen allemaal, waar iedereen in het gebied lijkt mij direct en indirect aardig bij betrokken zal raken.



'Prolong' 2008, Heringa/Van Kalsbeek.
Voor €.2,20 werden we met auto en al door de veerman van het Wijhese Veer in amper vijf minuten naar de overkant gevaren. Vervolgens reden we meanderend door het prachtige Sallandse landschap over allerlei fraaie binnenweggetjes naar Kasteel het Nijenhuis. Daar liepen we bepaald niet als enige door de prachtige beeldentuin, maar dat hadden we met dit mooie weer ook niet verwacht. De ongeveer 4,5 hectare grote beeldentuin rond het kasteel kennen we inmiddels als onze broekzak, maar ze blijft boeien. Ze bied plaats aan een vaste en wisselende expositie van ongeveer 90 beelden van gerenommeerde kunstenaars uit binnen- en buitenland, afkomstig uit de collecties van Museum de Fundatie, Beelden aan Zee en de Provincie Overijssel. Bekende buitenlandse namen die in de beeldentuin te zien zijn, zijn onder meer Kenneth Armitage, Mario Negri, Eugène Dodeigne, Andreu Alfaro, Waldemar Otto, Pino Castagna en de Zhou Brothers. De Nederlandse beeldhouwkunst wordt vertegenwoordigd door Jan Bronner, Charlotte van Pallandt, Han Wezelaar, Karel Appel, Nic Jonk, Arthur Spronken, Dora Dolz, Pjotr Müller, Tom Claassen, Elisabet Stienstra, Frode Bolhuis en vele anderen. Heel mooi allemaal, maar op een gegeven moment hebben we ook een tijdje stil op een bankje in de zon zitten genieten van alle bewegende beelden. Prachtig om te zien hoe iedereen naar kunst kijkt! Maar goed, we zijn natuurlijk ook nog binnen wezen kijken.

Coulissenlandschap 1982. Hans E. Koning
Onder de titel 'De lyriek van het landschap' was daar een overzicht van een eeuw expressionistische landschapsschilderkunst in Nederland te zien. Schilderijen van Jan Sluijters, Leo Gestel, Jan Wiegers, Wim Oepts, Eugène Brands, Nicolaas Wijnberg, Pieter Defesche, Ger Lataster, Armando, JCJ Vanderheyden, Leon Adriaans, Jeroen Krabbé, Marc Mulders, Robert Zandvliet en vele anderen. De bevrijding van kleur en beweging aan het begin van de 20ste eeuw is van grote invloed geweest op de ontwikkeling van de Nederlandse schilderkunst, met name op het landschapsgenre. Die invloed duurt zelfs tot op de dag van heden voort. Jan Sluijters verwoorde ruim 100 jaar geleden het onderscheid tussen de impressionisten en de expressionisten als volgt: 'Het groote verschil tusschen mij en de oudere generatie is dit, dat ik bij mijn schilderen uitga van de innerlijkheid en zóó wil komen tot een uiterlijken vorm, terwijl de oudere generatie de uiterlijkheid schildert en dan als toegift tracht er de innerlijkheid in te brengen'. Mooi gezegd, maar als ik voor zo'n schilderij sta vind ik het doorgaans lastig te duiden of deze middels de weg van de innerlijkheid zijn uiterlijke vorm gekregen heeft of andersom. Het zal me eerlijk gezegd ook een worst zijn hoe je het één en ander benaderd. Of je in de landschapsschilderkunst nou van buiten naar binnen werkt of andersom, wat telt is de zeggingskracht van het eindresultaat. Impressionisme of expressionisme, nog immer een leidraad om het hedendaagse verstedelijkende landschap te vertolken. Maar hoe je 'De lyriek van het landschap' ook ziet, we hebben genoten van de expositie in Kasteel het Nijenhuis.

Voor de terugweg naar huis hebben we de kortste weg weer genomen. Rond een uur of halfzes zaten we met onze oudste dochter tussen het ontluikende lommer van ons eigen tuintje, onder het genot van een wijntje, naar de bloemetjes en een paar zwerfkeitjes te kijken.

maandag, mei 02, 2016

over een avondje toffe muziek


De Ermelose Folkband Daddy-O stond afgelopen zaterdagavond voor een praktisch uitverkochte zaal in De Dialoog. De vijfkoppige band Daddy-O was met negen extra bandleden uitgebreid, vandaar Daddy-O XXL. Met 'The American Journey 2 show' zette ze een prachtige show neer waar iedereen volop van genoot. In de ca. 2 uur durende show werd een reis gemaakt door de Amerikaanse folkgeschiedenis van de afgelopen paar eeuwen, het oudste werk stamde zelfs uit 1720. Achter elk stuk, of het nou western, dixieland of keltisch was dat werd uitgevoerd ging een eigen geschiedenis en verhaal schuil. Veel bekende namen als Woody Guthrie, Pete Seeger, Bob Dylan, Bruce Springsteen en Paul McCartney passeerden de revue.



De prachtige show in de theaterzaal werd uiteindelijk uitgeluid met een paar doedelzakspelers, die vervolgens in de aula nog een poosje door bleven blazen. Een mooi concert, zang, muziek, belichting noem maar op, alles klopte behoorlijk. Af en toe een vals nootje, maar een kniesoor die daarop let. Toffe muziek, we vonden het in alle opzichten een geslaagd avondje!