vrijdag, juli 31, 2015

op avontuur met hobbyjagers


Mensen snijden elkaar de kop af om een geloof of ideologie. Behalve dat ze zo'n gesnelde kop hier en daar op een hek spietsen, hangen ze deze voor zover ik weet nog niet als jachttrofee aan de muur, dat doen alleen hobbyjagers. Maar het zou natuurlijk wel zomaar kunnen, zo'n lekker wereldje is het niet. En aan onze politici heb je ook weinig, die zijn als het erop aankomt enkel met de volgende verkiezingen bezig. Soms denk ik weleens als ik alle ellende van de dag weer gezien en gelezen heb, ik doe niks meer, ik ga vandaag lekker met een natje en een droogje op de bank zitten en m'n knopen tellen. Maar ja, dat is natuurlijk ook niks, kop in het zand steken noemen ze dat. En daar hou ik helemaal niet van, dus probeer ik elke dag het leven voor mezelf en m'n omgeving toch zo gezellig mogelijk in te richten!

Maar als ik dan op een ochtend in de krant lees, dat hobbyjagers in Afrika voor grof geld met pijl en boog op wilde dieren mogen jagen, zit ik eerst toch wel weer een tijdje hartgrondig te vloeken. Honderdduizenden euro's worden door rijke hobbyjagers voor een vergunning betaald, om voor de lol een olifant, leeuw, neushoorn, luipaard of buffel, 'the big five' zal ik maar zeggen, te mogen afschieten. Wat bezielt iemand om in ruil voor grof geld een leeuw om te leggen? En waarom werken Afrikaanse landen daar trouwens aan mee? Uiteraard lijkt mij de Amerikaanse leeuwendoder Walter Palmer die onlangs Cecil, de z.g. 'trots van Zimbabwe' naar de eeuwige jachtvelden hielp, een enge malloot. Maar als ik dan een hevig verontwaardigde Zimbabwaanse functionaris hoor zeggen, dat Cecil minstens 100.000 euro waard was, terwijl Palmer maar 45.000 euro voor zijn vergunning betaald heeft, geeft dat natuurlijk wel te denken. Hoezo de 'trots van Zimbabwe', ammehoela, niks dierenliefde, de 'the big five' is 'big business' voor Zimbabwe, met omzetten tot in de vele miljoenen.

Diervriendelijk of niet, de hobbyjacht in Zimbabwe en de grootschalige vleesproductie bij ons hebben dus gemeen dat het 'big business' is.

donderdag, juli 30, 2015

van boom tot lijnfragmentjes!


In Winterswijk hebben ze aan de Zonnebrink 4 sinds mei 2013 museum 'Villa Mondriaan'. Een museum over de jonge jaren van Piet Mondriaan, die daar zijn schildercarrière is begonnen. Mondriaan woonde in deze villa met zijn ouders van zijn achtste tot zijn twintigste jaar, en ontdekte er zijn passie voor tekenen en schilderen. Het waren de jaren waarin zijn kunstenaarschap werd gevormd, dat uiteindelijk zou uitgroeien tot één van de belangrijkste vernieuwers van de schilderkunst.

Het sprak erg tot mijn verbeelding toen ik in de villa voor een raam stond met uitzicht op een appelboom en de middeleeuwse Jacobskerk. Het uitzicht zal zeker niet meer zo onbelemmerd zijn als een dikke honderd jaar geleden, en de appelboom is ook allang vervangen door een jonger exemplaar, maar het idee dat de jonge Piet het tafereel vanaf deze plek meerdere keren op het doek heeft vereeuwigt vond ik heel bijzonder. 'Villa Mondriaan', een interessant museumpje met veel, voor mij tenminste, vroeg en onbekend werk van Piet Mondriaan.

In 1892, op zijn twintigste, vertrok Piet Mondriaan naar Amsterdam waar hij zich verder ontwikkelde aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten. Hij kwam echter nog vaak terug bij zijn ouders in Winterswijk, en schilderde er nog menig boerderijtje, stilleven of bos- en dorpsgezicht, de z.g. 'Winterswijkse groep'. Allemaal prachtige kunstwerken waarvan we er in 'Villa Mondriaan', de plek waar ze min of meer vervaardigd zijn, een aantal hebben gezien.
De ontwikkeling van Piet Mondriaans kunstenaarschap is uniek. Weinig kunstenaars hebben vanaf het begin van hun artistieke ontwikkeling tot aan hun dood zich steeds weer weten te vernieuwen en tegelijkertijd een hoog niveau weten te handhaven. De vele stadia van deze grootmeester van de moderne kunst vindt dan ook zijn weerslag in honderden kunstwerken. Zijn laatste (onvoltooide) meesterwerk, de 'Victory Boogie Woogie' (1942-1944), verbeeldend een monument voor New York waar hij op het laatst woonde, de stad die ritme en ongeremde vitaliteit ademt, staat lichtjaren af van zijn z.g. 'Winterswijkse groep'.

zondag, juli 26, 2015

Papier en karton in Apeldoorn


Gisteren weer eens naar het CODA museum geweest in Apeldoorn, naar de tweejaarlijkse tentoonstelling CODA Paper Art. Beeldende kunst en sieraden van papier en karton van kunstenaars uit binnen- en buitenland. Dat papier in de kunst een fantastisch materiaal is, wisten we al van twee jaar geleden toen we hier ook waren (zie m'n stukje 'even Apeldoorn doen' van 4 augustus 2013, zie trouwens ook 'een feestje van papier en afval' in het Stedelijk Museum Zwolle van 3 juni 2015). Desalniettemin worden we steeds weer verrast door de eindeloze mogelijkheden en de verbluffende zeggingskracht van dit materiaal. Een reusachtig edelhert, de immense vleugel van Ikaros, sprookjesachtige maskers, schulpturen, techniek, sieraden van papier en nog veel meer. We keken onze ogen weer eens uit in het CMA.

Over de Veluwe terugrijdend naar huis, woei ons van alles al om de oren, bladeren, takken en wat nog meer. Echter amper thuis brak de storm pas goed los. Code geel, oranje of rood, 't was takken alom, klein en groot, grondstof voor papier en kunst!

zaterdag, juli 25, 2015

van geel tot rood, weeralarm!


Nederland, las ik, beleefde volgens Weerplaza.nl vandaag de zwaarste julistorm sinds de start van de metingen in 1901. Op het KNMI-meetpunt IJmuiden stond tussen 13 en 14 uur gemiddeld 25,0 m/s wind uit N.W. richting. Dat is rond de 10 Bft. en dan is er sprake van een zware storm. Nog nooit heeft er in juli langs de Nederlandse kust zo'n zware storm gestaan sinds de metingen. Maar zoals je uit onderstaand filmpje wel kan opmaken, ging het in ons tuintje ook aardig tekeer. Behoorlijk wat afgebroken takken. vooral grote!

vrijdag, juli 24, 2015

Zinnenprikkelende metaforen


Een paar weken geleden stond ik in Museum Belvédère naar 'Mantelmeeuwen op Razende bol' te kijken, een schilderij van Emo Verkerk uit 1999 dat me aansprak (zie mijn stukje 'nautisch weekje in Friesland' van j.l. 16 juli). Langs deze zandplaat voor het Marsdiep heb ik via het Schulpengat of het Molengat vaak zat gezeild, ik ken de situatie daar vrij goed. Door toenemende ondiepten en grondzeeën is het tegenwoordig maar beter om het Molengat tussen de zuidpunt van Texel en de Razende bol of Noorderhaaks te mijden als je naar zee wilt of er juist vandaan komt, maar dat is lange tijd anders geweest. Ik moest daar aan denken toen ik die 'mantelmeeuwen in de brekers' van Emo Verkerk zag.

Vooral aan een gedenkwaardige zeiltocht met de 'Swing', toen ik uit Larvik in Noorwegen kwam, en in de Duitse Bocht de hele nacht 8 Bft. W/NW voor de kiezen had gehad (zie o.m. m'n stukje 'berg en dal op zee' van 16 februari 2014). Toen in de vroege ochtend de wind eindelijk afnam, was daarmee de deining uiteraard nog lang zover niet. En toen ik later in de ochtend vanuit zee in de verte de enorme zeeën boven de Gronden van Stortemelk wit schuimend zag breken, was er geen haar op m'n hoofd die er nog aan dacht om hier bakboord uit te gaan, richting Waddenzee c.q. Vlieland. In mijn beslissing om ondanks onze vermoeidheid toch nog een poosje op zee te blijven, en door te varen naar Den Helder konden m'n twee mede-zeilers zich goed vinden. En zo bereikten we in een nog immer woelig zeetje tegen de middag Den Helder via het Molengat en het Marsdiep.

De Gronden van Stortemelk zijn berucht bij storm, ook al is die net gaan liggen. Menigeen is daar bij een plotselinge grondzee al te grazen genomen. Daar weet de KNRM (Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij) alles over te vertellen!
Grondzeeën zijn op zee lopende golven, die tengevolge van afnemende waterdiepte hoger en steiler worden, vergelijkbaar met de wijze waarop golven van de branding zich verheffen. De onderkant van de golf wordt afgeremd in snelheid, terwijl de golftop nog wil doorlopen. De golfhoogte neemt niet af; de golven komen korter op elkaar en halen elkaar in, waarbij de golftoppen uiteindelijk over hun eigen golfvoet struikelen en breken. De zeeën zijn verzadigd van zand, daardoor massiever en zwaarder dan een gewone golf en extra gevaarlijk. Aan de lijzijde van een ondiepte van beperkte omvang kan bovendien een concentratie van energie optreden, doordat de golven er omheen lopen en aan de achterzijde samenkomen (convergeren).



Bovenstaand filmpje (Gabi Aymat Photography) kwam ik eens tegen op het net. Het illustreert op een bloedstollende wijze hoe het kan gaan met zon brekende zee. Naar mijn idee had de schipper bij zo'n zware deining voor de haven van Zumaia in Spanje, regio Baskenland, er verstandiger aan gedaan door op zee te blijven. En als je dan toch zo nodig wel naar binnen wilt, zorg dan als schipper dat er in zo'n situatie niemand op het voordek dan wel in het gangboord zit, en al helemaal niet onaangelijnd! Maar goed, de beste stuurlui staan aan wal wordt vaak gezegd. Misschien is dat ook wel zo, want achteraf kan ik zeggen dat ik in al die jaren in m'n zeilbootjes toch ook vaak zat domme dingen heb gedaan. Domme dingen die we denk ik allemaal weleens doen, en die gelukkig nog vaak goed aflopen ook.

dinsdag, juli 21, 2015

de Goldbergvariaties en meer


Toen we zondagochtend rond halftwaalf op de Emmalaan nabij de Koningslaan een parkeerplekje hadden gevonden, regende het pijpenstelen. En het zag er niet naar uit dat daar snel verandering in zou komen. Echter een blik op de buienradar leerde ons dat de zon wel degelijk in aantocht was. Zo te zien zou de vlag er rond halféén heel anders bij gaan hangen. En dat klopte gelukkig, even over twaalf zijn we nog in de naweeën van de bui naar het openluchttheater gewandeld, en pikten we nog net een staartje mee van 'Duo Caprice' bestaande uit saxofoniste Lisa Wyss en pianist Daan Boertien, studenten aan het Conservatorium van Amsterdam. Mooi, maar we kwamen primair voor wat na 12.30 uur zou komen t.w. pianist 'Jan Willem Rozenboom' met de Bach Goldbergvariaties BWV 988 en van 15.00 tot 18.00 uur een Dox Family Afternoon concert met achtereenvolgens 'Charlene' met op Scandinavische electro-pop geïnspireerde nummers, de jazzmusici van het 'Benjamin Herman Trio' met medewerking van zanger/pianist 'Daniël von Piekartz' en als laatste Soul & Jazz talent 'Sarah-Jane' met haar band. En inmiddels was het zonnetje echt doorgebroken, het beloofde een mooie middag te worden.

Hoewel ik persoonlijk niet zo hou van het genre van Guus Meeuwis, weet ik wel dat Jan Willem Rozenboom (1974) zijn vaste pianist en muzikaal leider is. Samen hebben ze grote hits als o.a. Tranen Gelachen, Alleen met Vrienden en Brabant op hun naam staan. Maar wat ik tot voor kort niet wist, is dat hij als meesterpianist één van de meest getalenteerde klassieke pianisten van Nederland is. En hoe, sinds hij zo'n elf jaar geleden afstudeerde aan het conservatorium oefent hij al op de Goldbergvariaties van Bach. Een compositie die voor iedere zich zelf respecterende pianist een uitdaging van het hoogste niveau is. Rozenboom had zich tot doel gesteld om de grootste compositie van de achttiende eeuw, een razend moeilijk stuk van zeventig à tachtig minuten, voor zijn veertigste op cd op te nemen, en dat is hem bijzonder goed gelukt. Volgens de overlevering schreef Bach voor een Russische graaf dertig variaties op een aria. De graaf liet een jonge musicus, Johann Gottlieb Goldberg, de variaties spelen om zijn slapeloosheid te verlichten: de Goldberg-variaties.



Alvorens Rozenboom achter de vleugel plaats nam, kregen we uitvoerig tekst en uitleg van hem hoe we het één en ander moesten duiden. De stilte voor het podium werd af en toe ruw onderbroken door het hevige gekrijs van overvliegende Halsbandparkieten. Deze standvogel die ooit exoot was, tiert al vele decennia welig in het Vondelpark. Het mocht de pret niet drukken, natuurlijk niet, het is juist ook één van de charme's van het openluchttheater. We hebben genoten van de Goldberg-variaties maar vooral ook van het virtuoze spel van Jan Willem Rozenboom. Daarna hebben we ons tot het optreden van 'Charlene' even voor een drankje verpoost in het naast gelegen theehuis.

Over de bands 'Charlene' en 'Sarah-Jane' kan ik vrij kort zijn, die waren aan mij niet zo besteed. Mogelijk dat ik hun muziek meer ga waarderen als ik het vaker zou beluisteren, maar dat is het juist, dat zal niet of nauwelijks gebeuren ben ik bang! Het 'Benjamin Herman Trio' met medewerking van zanger/pianist 'Daniël von Piekartz' was daarentegen weer fantastisch. Jazzmuziek waarbij we op het ene moment gewoon niet konden blijven zitten, maar waar we op een ander moment weer bij weg konden dromen. Prachtige muziek met saxofoon, contrabas en drums, en deze keer dus ook met zanger en pianist 'Daniël von Piekartz'.

Op het terras van Le 4 Stagioni aan de Johannes Verhulststraat, hebben we met een gezellig hapje en drankje een punt gezet achter een mooi muzikaal intermezzo op een zondagmiddag in het Vondelpark.

vrijdag, juli 17, 2015

een mooie ochtendwandeling


De wandeling over het z.g. Giezenpad naar de vogelkijkhut in natuurgebied 'Harderbroek' bij Harderwijk, zal vanaf de parkeerplaats v.v. hooguit 3,5 km zijn geweest. Maar het was een prachtige wandeling door wilgenbos, rietvelden, waartussen allerhande bloemen, en weilanden, waarbij het verkeersgeluid van de N302 langzaam naar de achtergrond verdween, en het gekwinkeleer van honderden vogels de boventoon voerde. We waren er vroeg bij maar toch zat er al een mevrouw in de vogelkijkhut door een verrekijker te turen. Wat ze allemaal niet zag: kemphanen, tureluurs, grutto's, lepelaars, krakeenden, pijlstaarten, tafeleenden, ganzen, zwanen en weet ik allemaal niet wat nog meer. Maar op een gegeven moment ontdekte ze met haar kijkertje tussen alle fauna zowaar een steltkluut, haar ochtend kon niet meer stuk. In een haast euforische staat van opwinding bood ze ons haar kijker even aan, om ook te kunnen meegenieten van het heuglijke feit, want deze gracieuze waadvogel zie je hier echt niet vaak. Het was inderdaad een prachtige vogel!

Na een praatje en een kopje koffie uit de thermoskan, lieten we de enthousiaste vogelaarster met haar kijkertje weer alleen in het vogelparadijs. 'Harderbroek', het is maar een klein natuurgebiedje, slechts 187 ha (natuurgebied de 'Oostvaardersplassen' is 5600 ha) maar evengoed met een zeer gevarieerde flora en fauna.

donderdag, juli 16, 2015

nautisch weekje in Friesland


We hebben met z'n tweetjes in Lemmer een weekje gebivakkeerd op de 'Poolster', het prachtige goed onderhouden schip van onze schoonzoon en dochter Wilco en Simone, die daarmee sinds 2008 het hele Waddengebied afstruinen. De 'Poolster' (157 VB) is een Lemsteraak van 11,50 x 4,25 meter met een diepgang van 0,95 meter en ruim 15 ton aan waterverplaatsing, in 1984 in Lemmer gebouwd bij de gebroeders Hummel naar een ontwerp van A. de Boer. Gezeild hebben we deze keer niet, maar andere bezigheden hebben we des temeer gedaan. Fiets- en autotochtjes in het mooie Gaasterland, museumbezoeken in Oranjewoud, Drachten en Leeuwarden, bezoek ir. D.F. Woudagemaal in Lemmer, het grootste nog werkende stoomgemaal ter wereld, en last but not least voor de tweede keer 'Het raadsel van de Wadden' (The Riddle of the Sands) van Erskine Childers (1870-1922) gelezen, de eerste uitgave dateert n.b. al uit 1903. Ik vond het boek, dat ik vroeger al eens gelezen had, aan boord, en voor ik het goed en wel besefte was ik verkocht. Het is en blijft een bijzonder boek, waarin je met behulp van zeekaarten de vaarplannen van de twee Britse zeilers uit het begin van de vorige eeuw mooi kan volgen. De sfeer van de Wadden in het najaar, grijze luchten, mist, storm, donkere golven, stroming en eindeloze zandplaten, is in dit boek bijzonder pakkend en realistisch beschreven.







Een bezoek aan de intrigerende tentoonstelling 'Wind, Water en Wad' in 'Museum Belvédère' in Oranjewoud hadden we al min of meer op ons lijstje staan. Een thematentoonstelling met werk van kunstenaars uit binnen- en buitenland. 'Museum Belvédère' gebouwd in 2004 naar een ontwerp van Eerde Schippers (1956) van Inbo, is dwars op het achttiende eeuwse 'grand canal' van de Prinsenwijk gesitueerd. Een strak vormgegeven gebouw dat praktisch opgaat in het omringende landschap, met een transparant gedeelte tussen beide museumvleugels in, waarin het museumcafé is gesitueerd dat pal boven het 'grand canal' ligt. Het uitzicht vanuit het museumcafé op 'Landgoed Oranjewoud' aan de ene zijde en het weidelandschap aan de andere zijde biedt prachtige panorama's. In het museum gaat de kunst boven de architectuur, met eenvoudige, regelmatig verdeelde open ruimten zijn mooie overzichtelijke exporuimten gecreëerd. Glazen stroken zorgen hier en daar voor daglicht en een summiere oriëntatie op de omringende omgeving van het museum. Tot zover het museumgebouw.
Want we kwamen uiteraard voor 'Wind, Water en Wad', een associatieve tentoonstelling rond het thema natuurbeleving. In de expositie, georganiseerd omdat de Waddenvereniging dit jaar 50 jaar bestaat, tonen kunstenaars hoe ze zich door het unieke natuurgebied hebben laten inspireren. Daarbij wordt het hoofdthema van de Wadden vanuit verschillende invalshoeken en disciplines belicht, door onder meer schilderkunst, fotografie en installaties. Met werken van kunstenaars uit Nederland en Duitsland waaronder: Gerrit Benner, Jan Loman, Emil Nolde, Emo Verkerk en Jan Wolkers. Een scala aan improvisaties, teveel om in dit stukje te belichten. Eén van de topstukken vond ik 'Mantelmeeuwen op Razende bol' van Emo Verkerk (Amsterdam, 1955), een olieverf op doek uit 1999.

Museum Drachten, ook Museum Dr8888 (voorheen Museum Smallingerland) genoemd, is gevestigd in een deel van een oud Franciscaner klooster uit 1936 aan het Museumplein in het centrum van Drachten. Ik kende het niet, maar nu wel, een juweeltje van een museum. We zagen een boeiend overzicht van de beeldende kunst van de twintigste eeuw met de nadruk op werken uit de jaren tussen de twee wereldoorlogen, het interbellum. De kerncollectie richte zich op de gebroeders Thijs en Evert Rinsema, die in het begin van de twintigste eeuw in contact kwamen met de internationale avant-garde en zo vertegenwoordigers van De Stijl en de Dada-beweging naar Drachten haalden. De filosofische bespiegelingen van Evert Rinsema (1880-1958), zijn z.g. aforismen en de beeldende kunst van zijn broer Thijs Rinsema (1877-1947) waren ruim vertegenwoordigd in de vaste opstelling van het museum in de Rinsema-vleugel.

In de kerncollectie waren ook een aantal topwerken van Theo van Doesburg (1883-1931) opgenomen en werken van de Duitse dadaïst Kurt Schwitters (1887-1948). Ook waren er een fors aantal werken te zien van Ploeg-kunstenaar H.N. Werkman (1882-1945), waarmee Museum Dr8888 met recht hét interbellummuseum van het Noorden genoemd kan worden. Maar naast de werken van genoemde kunstenaars bevatte de collectie nog vele werken van andere kunstenaars die tijdens het interbellum werkzaam waren.
Verder hebben we daar een expositie van het naoorlogse (Friese) expressionisme gezien dat werd vertegenwoordigd middels een grote collectie werken van o.a. Pier Feddema (1912-1983). Prachtig allemmal, maar uiteraard teveel om in dit stukje verder te belichten. Echter één schilderij van Tap Werkman (1921), zoon van H.N. Werkman, t.w. een olieverf op paneel, voorstellende een 'Italiaans havengezicht' uit 1954, vond ik te leuk om niet in dit stukje mee te nemen.






Een rondje Gaasterland hebben we deze keer met de auto gedaan. Er stond een stevige wind, en we hadden geen zin om daar tegen in te trappen. Wat een prachtig gebied is het toch, totaal anders dan de rest van Friesland dat een overwegend vlak weidekarakter heeft. De begroeide, in de ijstijd opgestuwde keileemruggen, met mooie namen als Oude Mirdumer Klif, Mirnser Klif en Roode Klif, deden me vanaf m'n bootje op het IJsselmeer altijd on-Nederlands aan, een beetje alsof je langs de Engelse zuidwestkust zeilde. Maar goed nu zaten we niet op het IJsselmeer, maar keken we er vanaf de dijk naar. Wat hebben we toch een mooie grote binnenzee voor zo'n klein landje. Beetje jammer trouwens dat de horizon in toenemende mate wordt vervuild door al die windmolens. Bij het stille haventje van Laaxum hebben we op een bankje een poosje naar de horizon zitten staren. Op internet kwam ik een leuk filmpje van dit ruim 100 jaar oude haventje tegen, zie https://youtu.be/QCO3eONE6tg





Er stond nog steeds een forse bries, maar in tegenstelling tot gisteren hadden we nu wel zin deze te trotseren. Met de wind pal tegen peddelden we vanaf onze ligplaats in jachthaven 'Lemmer Binnen' eerst een eind richting Balk. Ter hoogte van knooppunt 45 gingen we stuurboord uit richting knooppunt 44 in Sloten. Dat ging door de weilanden met halve wind uiteraard weer een stuk makkelijker, we zaten dan ook voor we het goed en wel beseften in Sloten op een terrasje. Het pittoreske stadje Sloten staat bekend als de kleinste van de elf steden van Friesland. De muren, wallen, grachten en stadspoorten van weleer zijn nog steeds in originele staat te zien. Het is dat de Nutreco fabriek, die melkvervangers produceert voor jongvee, belangrijk is voor de lokale economie, maar het is natuurlijk een dissonant van formaat in het verder zo fraaie stadje Sloten.
Na Sloten fietsten we vóór de wind richting Spannenburg tot aan knooppunt 43. Weer stuurboord uit, waarna we parallel aan het Prinses Margrietkanaal naar het pontje zijn gefietst dat ons over de Rijnsloot heeft gebracht. Daarna was het voor we thuis waren nog ca. 5 kilometer aan de wind tot aan knooppunt 46, alwaar bakboord uit nog ca. 3 kilometer vóór de wind tot aan knooppunt 51 in Lemmer.






Het moest er eindelijk maar eens een keer van komen: een bezoek aan het ir. D.F. Woudagemaal in Lemmer. Ik was het al zo vaak van plan, maar om de één of andere reden kwam het er alsmaar niet van. Het was een imposante beleving om op deze schaal kennis te maken met de prachtige techniek uit het stoomtijdperk. Onder leiding van een gids hebben we het gemaal met zijn majestueuze machinehal en ketelhuis van binnen en van buiten kunnen bekijken. Het in 1920 door koningin Wilhelmina geopende gemaal staat te boek als het grootste nog werkende stoomgemaal ter wereld. Nog steeds zorgt het monumentale gemaal bij hoge waterstanden voor droge voeten in Friesland. De 'kathedraal van stoom' pompt dan maar liefst vier miljoen liter water per minuut vanuit de Friese boezem naar het IJsselmeer. Het is een monument van uitzonderlijke waarde, het staat dan ook niet voor niets sinds 1998 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.






Het nieuwe Fries Museum in Leeuwarden, gebouwd naar een ontwerp van architect Hubert-Jan Henket (dezelfde architect als van museum de Fundatie in Zwolle) is op 13 september 2013 geopend door koningin Máxima. Het is een prachtig gebouw geworden, maar er was destijds behoorlijk wat weerstand tegen nieuwbouw. Er is zelfs een referendum gehouden, waarbij de overgrote meerderheid van de kiezers zich tegen de nieuwbouw uitsprak. De uitslag van dit referendum was echter conform de referendumverordening nietig, omdat niet voldaan werd aan de eis dat minimaal 30% van de stemgerechtigden tegen (of voor) moeten stemmen voor een geldige uitslag. Hoop gedoe, maar nu het er staat heeft niemand het daar meer over.
Een prachtig museum met vele exposities, teveel om allemaal tijdens één bezoek te bekijken. Maar een paar exposities hebben we goed bekeken t.w. 'Vissers' foto's van Kadir van Lohuizen (1963), het thema is het wad en zijn vissers. Op de foto worden de netten uitgezet! En verder 'Horizonnen', kunst in een veranderend Friesland, dat laat zien hoe mensen hun horizon steeds willen verbreden.


Ter afsluiting van een mooi nautisch weekje in Friesland, hebben we 's avonds in 'beachclub lemmer' een lekker visje gegeten met uitzicht op ons prachtige IJsselmeer!

donderdag, juli 02, 2015

't was warm, bijzonder warm


Het wordt heet, heter, heetst werd gezegd, en dat klopt volgens mij wel. In huis houden we het nog een beetje draaglijk, door alle schermen die er zijn de hele dag omlaag dan wel gesloten te houden. Het liefst zit ik de hele dag in mijn auto in een voor mij ideale temperatuur van rond de 21º C, maar ja, als je nergens heen hoeft is dat feitelijk geen optie. Dus hou ik mij het grootste deel van de dag binnen op, of zit ik op z'n hoogst ergens buiten rustig in de schaduw.

Maar heet of niet, het is voor mij geen reden om de hele dag te niksen. Er moet altijd wel het één en ander worden gedaan. Bovendien had ik ook nog een afspraak met de mondhygiënist en de tandarts, en wilde ik verder nog een restaurant regelen voor 's avonds, want de heren van het 'Herenleed' zouden voor de verandering weer eens naar Harderwijk komen. 'Herenleed' is de naam van ons vriendenclubje dat op gezette tijden bijeenkomt om te ouwenelen, lekker te eten en plannetjes te beramen voor een architectuurexcursie of iets anders.

De naam 'Herenleed' hebben we bedacht toen ons Amsterdamse architectenteam in 1982 uit elkaar viel en ieder zijns weegs ging. Ontleend aan de gelijknamige serie met Armando en Cherry Duyns. Een programma van 'weemoed en verlangen' dat van 1971 tot 1997 regelmatig op TV te zien was. Het bevatte absurdistische humor in sketches gespeeld door twee heren, in het script simpelweg aangeduid als Man 1 (Armando als het bescheiden heertje met bril, hoge schoenen en te krap jasje) en Man 2 (Cherry Duyns als de verwaten heer met bolhoed, sik, opstaande snor, pandjesjas en horlogeketting).

Even voor halfzes haalde ik de mannetjes van de trein. Op m'n vraag waarom de heren met deze hitte geen korte broek aan hadden gedaan, kreeg ik te horen dat ze zo niet in een restaurant gezien wilden worden. Dat doe je niet, nou ja zeg, maar goed zo kon het zijn dat even later vier luchtig, doch keurig geklede mannetjes bij mij in de tuin alvast aan een heerlijk gekoeld aperitief zaten te nippen. Dat beviel ons allemaal echter zo goed, dat na nog een paar amuses en aperitiefjes het plan ontstond om hier maar lekker te blijven zitten. We willen buiten eten, maar je kan er op rekenen dat de terrasjes in de stad nu stampvol zitten, terwijl we hier toch heerlijk zitten. We laten gewoon een Chinese rijsttafel aanrukken voor vier personen. Zo gezegd, zo gedaan, maar de Chinese rijsttafel voor vier personen hebben we nog niet voor de helft opgegeten. Heerlijk, maar wat een porties zeg, veel en veel teveel. Ik denk dat ik m'n kinderen morgen maar ga uitnodigen.

Met nog wat ijs toe werd het bijzondere 'Herenleed' avondje afgesloten, en heb ik de heren rond elf uur weer naar het station gebracht. De thermometer gaf nog 28º C aan, en dat tegen middernacht, niet te geloven! Tegen de tijd dat ze in die warme trein in Amsterdam zijn, zijn ze lijkt me ook wel weer toe aan een verkoelende versnapering.