dinsdag, augustus 26, 2014

Zwolse romantiek


De Kromme Jak is volgens mij wel één van de meest pittoreske straatjes in de Zwolse binnenstad. Ik moest daar aan denken toen ik op facebook een foto van 'Kort Jakje' tegenkwam, een klein voormalig pakhuisje in de oksel van de Kromme Jak, dat is omgebouwd tot een Bed & Breakfast voor verliefde stelletjes. Dat maak ik er overigens zelf van hoor, want het is daar klein en knus.

Het lijkt erop of Zwolle, m'n geboortestad, in toenemende mate weer een prominent plekje in mijn leven inneemt. Beelden die ik vroeger niet zag, of mogelijk niet wilde zien, vind ik nu prachtig. De Zwolse binnenstad, die ik zo ongeveer ken als mijn broekzak, vind ik echt één van de meest romantische plekjes in de regio. Voor het overige is Zwolle topografisch gezien net zo ontploft als heel veel steden in Nederland. Mijn dochter woont in een groot stadsdeel waar nog geen twee decennia geleden koeien liepen.

Maar om even terug te komen op de Kromme Jak, die is zo uniek dat daar delen van de tv-serie over Johnnie Jordaan werden opgenomen. In Amsterdam was kennelijk nergens zo'n pittoresk en ongeschonden straatje te vinden als de Kromme Jak in de vroegere volksbuurt van de Zwolse binnenstad. Zwolle is ook een stad met behoorlijk wat monumenten, groot en klein. Om maar wat te noemen: de Grote Kerk, de Sassenpoort, eeuwen oude stadsmuren, gevelstenen en een beeld van Rodin, afgewisseld met teksten hier en daar over bijvoorbeeld het ontstaan van de SDAP in Zwolle en over bekende personen als Ter Borch, Brood, Potgieter en Thorbecke.

Boeiend allemaal, en er is nog veel meer te zien, teveel om in dit stukje op te noemen, dat zal ik dan ook zeker niet doen. Alleen dit nog: Wie Zwolle niet kent is niks gewend!

maandag, augustus 25, 2014

Europese perikelen


De tentoonstelling 'Europe Me' in Kasteel het Nijenhuis is een bijzonder intrigerende expositie rond het thema Europa. Ik wist in eerste instantie niet waar ik in de kakofonie aan kleuren en vormen het eerst of laatst moest kijken. En de chaos in mijn hoofd werd er niet beter op toen een forse groep wandelaars vanuit het park ook even al kakelend binnen kwam kijken vanwege de regen.

David Bade (1970, Willemstad, Curaçao) laat z'n artistieke doolhof reeds buiten in de slotgracht beginnen met zijn object 'Schuitje varen, theetje drinken' Het symboliseert de reis van vele vluchtelingen die met gevaar voor eigen leven naar Europa komen. Verder heeft hij de vrije hand gekregen in Kasteel het Nijenhuis, een plek waar net als vele andere buitenhuizen van oudsher politieke ideeën ontstonden. Het één en ander heeft geleid tot een totale metamorfose van het interieur op de begane grond. Elke kamer van het kasteel voorziet min of meer in een onderwerp dat letterlijk of overdrachtelijk aansluit bij de oorspronkelijke functie. In de eetzaal gaat het over voedsel en gerechten, maar ook over eten als een daad van verovering, van opsouperen en verteren en de onvermijdelijke stank daarna. In de bibliotheek figureren de geleerden van Europa, de filosofen en rederijkers, kerkvaders en reformatoren, humanisten en anti-globalisten. Er wordt veel gepraat en weinig geluisterd. In de gangen en tussenruimtes zie je de verbeelding van de vele migratiestromen die Europa tot op de dag van vandaag kenmerkt. Gelukszoekers en vluchtelingen worden voortgedreven als vee. Mensen botsen hard op elkaar of wachten angstig en onwetend op wat komen gaat. In donkere achterkamertjes worden verboden afspraken gemaakt. Daar klinkt oorverdovend de stille diplomatie en is don’t ask, don’t tell de mores. Hoofdtoneel is de grote zaal, voor de gelegenheid getransformeerd tot een casino. Hier gaan de leiders van nu met kopstukken uit de Europese geschiedenis vrijwillig of zo nodig gedwongen in groepstherapie. Hier wordt gesproken en vergaderd, gebluft en gegokt, bedrogen en gevochten en met geld gesmeten. Verliezers worden winnaars en winnaars worden verliezers.

David Bade neemt met deze expositie de bezoekers mee op een reis door het Europa van verleden en heden las ik. Een mozaïek van tekeningen, schilderijen en sculpturen vertelt de geschiedenis van Europa, bezien door de ogen van Bade. Ik weet het niet! Het was goed dat we bij de kassa een beschrijving hadden meegekregen, zodoende meende ik nog iets van Bade's artistieke verbeeldingskracht te kunnen begrijpen, al was het met moeite. Ik las ergens, dat wie David Bade in huis haalt, zelf maar beter via de achterdeur kan verdwijnen. Daar zit wat in vind ik! Museum de Fundatie heeft Bade uitgenodigd op Kasteel het Nijenhuis, om in het kader van de Europese Verkiezingen j.l. 22 mei een kunstzinnige voorstelling te maken met als thema Europa. Het zou me echter niet verbazen, als ik te horen zou krijgen dat er in deze iemand van Museum de Fundatie middels de achterdeur vertrokken is.

zaterdag, augustus 23, 2014

(meerder)jarige kleindochter


Terwijl in 1996 in Nederland o.m. de dienstplicht werd afgeschaft, in Amsterdam de 'Arena' werd geopend, de eerste Thalys in een sukkeldrafje van Amsterdam naar Parijs reden, onze nationale vliegtuigfabriek Fokker failliet ging, met de Hubble ruimtetelescoop de eerste foto's van Pluto werden gemaakt, in een Schots laboratorium een schaap werd gekloond die ze Dolly (naar Dolly Parton) noemden, Guus Meeuwis met de spoorhit 'Kedeng, Kedeng' uitkwam, Jantje Smit op 10 jarige leeftijd met Carola Smit en de rest van BZN het nummer 'Mama' opnam en Arnon Grunberg voor zijn debuut roman 'Blauwe Maandagen' Het Gouden Ezelsoor ontving, kregen wij Jeanne, ons eerste kleinkind!

Gisteren hebben we met z'n allen haar 18e verjaardag gevierd. Nu is ze dus meerderjarig, een juridische term, niet te verwarren met volwassenheid. Volgens de grondwet mag ze vanaf nu dus meedraaien in het politieke circuit, en mag ze kiezen of gekozen worden. Een meerderjarige is in ons rechtsstelsel in principe handelingsbekwaam, en zal voor al zijn of haar rechtshandelingen moeten instaan. Als ze strafrechtelijke delicten begaat, zal ze dus in principe volgens het volwassenenstrafrecht worden berecht. Dat is in grote lijnen wel zo'n beetje de consequentie van meerderjarig zijn. Maar volwassenheid is weer wat anders, hoe anders dat weten zelfs geleerden niet altijd te duiden. De één is op z'n twaalfde al een behoorlijke wijsneus, terwijl de andere van z'n lang zal ze leven niet veel wijzer wordt. Maar hoe je het echter ook wend of keert, als ze gewoon lekker doorgaat op haar eigen ingeslagen weg naar volwassenheid, zal dat volgens mij ongetwijfeld goed komen!

Jeanne vertelde me dat ze vandaag, op haar verjaardag dus, haar eerste rijles heeft gehad. Ze kon al wel een beetje rijden maar nu was het menens. Best spannend natuurlijk, dat weet ik nog wel van toen ik zelf mijn eerste rijles nam. Van alles speelde er door mijn hoofd. Kan ik het wel, en wat gebeurd er als ik een ongeluk veroorzaak, daar kon ik destijds buikpijn van krijgen. Onnodige kopzorg natuurlijk, je neemt niet voor niets les van een ervaren rijinstructeur, die bovendien naast je zit en tijdig kan ingrijpen als het moet. Ben benieuwd hoeveel lessen ze nodig zal hebben, en dan ook nog die theorie. Ze doet haar best maar, ik ben blij dat ik in dit opzicht niet in haar schoenen sta. Ik denk dat ik het zeker met de theorie nog knap moeilijk zou hebben.

Maar wat zit ik te ouwenelen, daar heeft Jeanne geen boodschap aan. Die gaat het allemaal halen in het komende jaar, daar ben ik van overtuigd!

Het was een gezellig feestje. Wel een beetje jammer dat we vanwege de regen niet lekker buiten konden zitten. Ik kan me geen nattere Augustus herinneren dan de huidige. Ik heb het eens nagekeken, maar Augustus 1996 was sowieso een heel stuk droger. Ach ja, de tijd vliegt, je kan niet altijd alles hebben!

woensdag, augustus 20, 2014

natuur & inspiratie


De tentoonstelling 'Natuurkracht - beeldende kunst en sieraden geïnspireerd door bomen en bos' in het CODA Museum te Apeldoorn, bestond uit werk van in totaal 39 kunstenaars. In de behoorlijk diverse tentoonstelling hebben we een brede selectie aan werken gezien, die allemaal de natuur als uitgangspunt of thema hadden. Schilderijen, tekeningen, foto's, sculpturen, installaties en sieraden, gemaakt in de afgelopen drie decennia door Nederlandse en Finse kunstenaars als o.a. Joost van den Toorn, Fons Haagmans, Frank van Hemert, Nik Christensen, Armando, Guido Geelen, Couzijn van Leeuwen, Terhi Tolvanen en vele anderen. Wonderlijk eigenlijk, de mens die in de kunst en literatuur de natuur betekenissen toedicht als o.a. sprookjesachtig, decoratief, dreigend of melancholiek, terwijl het enige dat telt in de natuur de cyclus van het leven is. Het zij zo, veel kunstenaars zijn en worden dus geïnspireerd door de natuur en haar eindeloze zeggingskracht die ze haar zelf toedichten.
Cultuur Onder Dak Apeldoorn, ofwel het CODA Museum. Een prachtige plek, gebouwd in 2003 naar een ontwerp van architect Herman Hertzberger. (zie o.a. ook mijn stukjes 'toneelthriller' van 12 december 2007 en 'CODA Paper Art' van 4 augustus 2013). In het CODA roepen wisselende exposities vol hedendaagse kunst, eigentijdse sieraden en nieuwe kijkjes in het verleden om de beurt om aandacht!


Zo hebben we daar ook nog 'De Kanalenkoning' gezien, een tentoonstelling over het verleden, heden en toekomst van het 'Apeldoorns Kanaal' die middels schilderijen, afbeeldingen, historische documenten, kaarten, voorwerpen en een digitale presentatie werd vertoont.
Om de Veluwe te ontsluiten voor de ontwikkeling van landbouw, handel en industrie werd het kanaal tijdens de regeer periode van Willem I gegraven. Hij bepaalde bij Koninklijk Besluit van 1 oktober 1824 dat de Grift vanaf Apeldoorn tot de IJssel bij Hattem bevaarbaar gemaakt moest worden. Enkele dagen voor de officiële opening op 13 april 1829 maakte Koning Willem I een proefvaart en passeerde als eerste de vijf sluizen en zevenentwintig bruggen van de 32 kilometer waterweg die het Griftkanaal werd gedoopt. Het zuidelijke deel naar Dieren werd tussen 1858-1875 aangelegd en het hele traject werd uiteindelijk het Apeldoornse Kanaal genoemd.

Aan dit kanaal heb ik aardige jeugdherinneringen: En dan was er het water. Oma en opa woonden vlak bij de Manenbergerbrug over het Apeldoorns Kanaal. Er voeren in die tijd nog schepen door. Als ik dan het getoeter van een schip hoorde rende ik naar de brug, en was ik er soms nog sneller dan de brugwachter die er vlak naast woonde. Op mijn fietsje volgde ik soms de schepen naar de Flessenbergerbrug of andersom naar de Kloosterbrug of zelfs tot aan de sluis bij Hattem, waar de schippers soms een praatje met je maakten. (Uit mijn stukje 'Wapenveld' van 4 september 2006)
Het kanaal uit mijn jeugd dat al sinds 1972 gesloten is, wordt weer bevaarbaar gemaakt voor met name de recreatievaart. De Stichting Apeldoorns Kanaal heeft al heel veel voorbereidend werk verricht. Zo zijn vier schutsluizen, één keersluis en acht bruggen al passeerbaar gemaakt. En zijn er zeven bestaande bruggen voorbereid op het beweegbaar maken terwijl de oude haven van Apeldoorn reeds is gerestaureerd. Ik las dat volgens planning het traject Hattem - Heerde in 2015 bevaarbaar zal zijn voor niet al te grote motorboten!

maandag, augustus 18, 2014

zomergast 2014-5


Dr. Ir. Ionica Smeets (1979), wetenschapsjournalist/wiskundige kende ik al een beetje van de rubriek 'De wiskundemeisjes leggen het nog één keer uit' in de Volkskrant, die ze samen doet met Drs. Jeanine Daems. Verder zag ik haar de laatste tijd op TV in het programma 'De slimste mens'. Maar gisteravond heb ik haar drie uur lang op TV kunnen volgen in het programma 'Zomergasten'. Aardig, ik heb me niet verveeld, een vrolijk mens ook, al begon die eeuwige smile op haar gezicht me op het laatst wel een beetje te storen.

Wiskunde is een vak vol symbolen en formules, waar de doorsnee wiskundige doorgaans stoïcijns en ondoorgrondelijk mee omgaat. Alles wordt rationeel benaderd en is in hun optiek te duiden en exact te verklaren. Eenvoudige onderwerpen als bijvoorbeeld het laden van een vaatwasser, de kortste weg naar een bepaald doel of de kans op geluk met iets of iemand, worden academisch benaderd. Typische gasten die wiskundigen, het is soms lastig om met ze om te gaan.
Maar behalve met die gebeitelde glimlach van haar, had ik met de in 'getaltheorie' gepromoveerde wiskundige Ionica Smeets weinig moeite. Integendeel, ik vond het vaak vermakelijk zoals ze de materie benaderde. Enthousiast en ongeremd werden priemgetallen, de Fibonacci-reeks en Euclides behandeld, en kwamen Torn, Feynman en Wertheim voorbij. Maar ook de structuren van een ananas en een dennenappel werden als pure kunst en noodzakelijke eyeopeners geanalyseerd, om zo de geheimen van het bestaan te ontrafelen.

Vermakelijk vond ik ook te merken, dat het Wilfried de Jong soms een beetje te snel ging. Dat hij in ieder geval met het één en ander niet goed raad wist. Dat ben ik niet van hem gewend, ik vind het doorgaans een hele goeie interviewer. De snelheid van het internet en de wereld van de getallen, voor Smeets peulenschilletjes, bleken voor de Jong erg abstracte begrippen, en niet alleen voor de Jong denk ik. Enthousiast kwebbelde Ionica Smeets er over door, maar Wilfried de Jong hoorde ik een tijdje nauwelijks meer. Het stoorde me niet, later ging het trouwens weer veel beter, vooral toen Leo Vroman en zijn vrouw ter sprake kwamen. Typische gasten die wiskundigen zei ik hiervoor, daar blijf ik bij, ik vind nerd Ionica Smeets haast zelf een wiskundige vergelijking. Ze kan denk ik middels haar benadering van de materie en haar manier van vertellen hele volksstammen enthousiasmeren voor wiskunde, maar wie er achter die eeuwige glimlach schuilgaat ben ik nauwelijks te weten gekomen! Maar evengoed heb ik gisteravond erg genoten van deze zomergast. Het ging met de bèta-wetenschapper allemaal een beetje anders dan anders, maar jong, passie, speels en snelheid is hoogst waarschijnlijk wel de toekomst voor programma's als 'Zomergasten'.

zondag, augustus 17, 2014

Haarlems centrum



Onlangs in museum De Hallen Haarlem LUCHT! gezien. Een tentoonstelling over luchten in de Nederlandse kunst vanaf 1850. Allerlei luchtbeelden van diverse kunstenaars, zo'n 150 in totaal. Luchten van laat-romantici als o.a. Schelfhout, via impressionisten als Weissenbruch en Mesdag, tot hedendaagse kunstenaars als Robert Zandvliet en Guido van der Werve. Een bijzonder inspirerende expositie, het inspireerde ons op de terugweg zelfs tot het fotograferen van een aantal prachtige wolkenluchten boven Flevoland.

Uitvinder van luchten in de schilderkunst was de 17de-eeuwse Haarlemse kunstenaar Jacob van Ruisdael. Deze liet als eerste de fabelachtige Hollandse wolkenluchten domineren in zijn landschapschilderijen. Nadat kunstenaars in de Romantiek een uitgesproken voorkeur hadden voor stormachtige wolkenluchten, zonsondergangen en bliksemschichten, legden impressionisten als Weissenbruch en Mesdag de nadruk meer op ruimte en sfeer. Buitenstudies vormde de basis voor deze 19de-eeuwse kunstenaars: op de tentoonstelling wordt ook daar een selectie van getoond. In de vroegmoderne tijd werd gezocht naar nieuwe stijlen en vormen (Jan Sluijters en Leo Gestel). Uniek is het landschappelijk werk van wolkenliefhebber bij uitstek Jan Voerman, terwijl ook Carel Willink geheel eigen, dramatische luchten schilderde. Later in de twintigste eeuw wierpen Cobra-kunstenaars en andere expressionisten (Corneille, Eugène Brands, Constant, Gerrit Benner) zich evenzeer op de lucht als thema. Meer recent nemen kunstenaars de lucht vaak als uitgangspunt voor werk met een conceptuele grondslag (Marinus Boezem, JCJ Vanderheyden, Guido van der Werve, Anne de Vries).

Omdat in het 'Frans Hals Museum' ook nog enkele 17de-eeuwse schilderijen te zien waren met lucht als onderwerp, zijn we daar ook maar gaan kijken. Maar er was uiteraard meer te zien daar. We zijn daar begonnen in het filmzaaltje, waar we in een kwartiertje op drie wanden een biografisch beeldverhaal van Frans Hals voorbij zagen komen. Gewapend met hernieuwde inzichten zijn we vervolgens verder het museum ingetrokken. Frans Hals (ca 1582 – 1666) was in de Gouden Eeuw de beroemdste Haarlemse schilder. Hij heeft heel wat vooraanstaande stadsgenoten uit zijn tijd geportretteerd. Maar ook de minder bedeelden bracht hij in beeld: dorpsgekken, drinkebroers, lachende vissersjongens, fluitspelende of rokende kinderen, allemaal heeft hij ze geschilderd. Hij was een meester in het uitbeelden van levendigheid en beweging. Hij schilderde mensen al pratend en durfde ze zelfs lachend af te beelden op formele portretten, uniek voor die tijd. Hij is daarnaast ook beroemd om zijn magnifieke kleurgebruik en virtuoze techniek. Toen we het allemaal gezien hadden in het 'Frans Hals Museum', zijn we naar Groot Heiligland 37 gewandeld, naar expositieruimte 37PK een eindje verderop in de straat.

De expositie 'Zon Maan Wolken' van Anke Roder (1964) in 37PK, Platvorm voor Kunsten, bestaat uit 365 schilderijen uitgevoerd in gepigmenteerde bijenwas en olieverf op houten paneeltjes. Ze geven een weerslag van een jaar, gezien door de ogen van Roder. Ze werkte in 2013 dagelijks aan het project, en schilderde het licht van de dag in en om Zandeweer, het dorp in de noordelijke kustgebied van Groningen waar ze woont en werkt. Alle schilderijen samen vormen een staalkaart van het licht gedurende dag en nacht en de seizoenen. Roder plaats zich zo in de traditie van Hollandse schilders van de 17e eeuw en van de Haagse School. Constante in de serie is de lucht! Door te werken met een telkens iets afwijkend blikveld en op variabele tijdstippen, ontstaat een ritmiek van horizonlijnen met allerlei variaties in licht en donker. De zon is opkomend, op volle sterkte of afnemend, er zijn heldere weersomstandigheden, er tekenen zich verschillende wolkenluchten af of het is een grauwe, grijze dag. En iedere maand is daar weer de maan, als teken van het verstrijken van de tijd.

Haarlem is een middelgrote stad, maar ik geloof dat er maar weinig steden in Nederland zijn, groot of klein, met zoveel musea en expositieruimten. In totaal 22 stuks las ik, waarvan de meeste in Haarlems centrum. Prachtig allemaal, maar voor ons was het nu wel even mooi geweest. En als reeds gezegd, op weg naar huis hebben we voor onszelf in Flevoland vanuit de auto een bescheiden wolkenlucht expositietje bij elkaar gefotografeerd.

donderdag, augustus 14, 2014

kunst en techniek


Toen we de ondergrondse Pleingarage uitkwamen was de lange rij wachtenden voor het Mauritshuis zo ongeveer het eerste wat we zagen. We hadden gelijk de neiging rechtsomkeert te maken, maar we konden ons beheersen. Aansluiten dus maar, het viel mee achteraf, twintig minuten later waren we binnen in het onlangs geopende en vernieuwde c.q. uitgebreide Mauritshuis. Het totale oppervlak van het rond 1634 door architect Jacob van Campen (1596-1657) ontworpen Mauritshuis in Den Haag, is dankzij een ondergrondse verbinding waarin ook de foyer is gesitueerd, naar een gebouw aan de overkant van de Korte Vijverberg praktisch verdubbeld. Het één en ander naar een ontwerp van de Amsterdamse architect Hans van Heeswijk (1952). Mooi gedaan, heel transparant allemaal, vooral de hoeveelheid daglicht dat tot het ondergrondse gedeelte doordringt is opvallend. Jammer dat er naar ons gevoel toch een beetje te veel mensen rond liepen in het museum. Veel te druk, helemaal in het oude gedeelte. Toen we voornamelijk de nieuwbouw bekeken hadden hebben we de auto maar weer opgezocht, we komen nog wel eens een keer terug. Bovendien, het oude gedeelte met zijn vaste collectie zoals het meisje van Vermeer, de stier van Potter en nog veel meer, hadden we hier al vaker gezien.

Een halfuurtje later zaten we niet ver van de z.g. zandmotor nabij Kijkduin in het zonnetje te lunchen bij Habana Beach. De zandmotor, (Zie mijn stukje 'Zandmotor' van 19 januari 2011) is nu ongeveer 3 jaar in werking. Afgelopen maart zijn de eerste bevindingen van ca. 2,5 jaar onderzoek naar de werking van de Zandmotor gepresenteerd. Ik las dat het zand van dit in 2011 aangelegde schiereiland zich inderdaad verspreidt zoals met behulp van de modellen is berekend. Ruim 2,5 miljoen m3 is al door wind en golven verplaatst langs de kustlijn, de Zandmotor is hierdoor in zijn geheel smaller en langer geworden. De kustveiligheid neemt toe doordat het zand wordt afgezet aan de noord- en zuidkant van de Zandmotor en zich verspreidt binnen het kustfundament. Ook de natuurontwikkeling laat positieve veranderingen zien in de vorm van een verscheidenheid aan (bodem)dieren in de lagune en het duinmeer en de eerste plantensoorten die opkomen zoals zeeraket, biestarwegras en gelobde melde. De Zandmotor is bovendien een geliefde plek om te recreëren. Het onderzoek naar de ontwikkeling van de Zandmotor loopt door tot 2021. In 2016 worden de eerste conclusies getrokken over dit pilotproject.



Het één en ander schijnt zich dus volgens plan te ontwikkelen. Prachtig, dat op zo'n manier de zee zelf nieuw land aanmaakt en bijdraagt aan de kustveiligheid. Maar dat niet alleen, ze schept ook meer ruimte voor natuur en recreatie. Een mooi innovatief pilotproject, een beter voorbeeld van bouwen in en met de natuur kan ik me nauwelijks voorstellen!

maandag, augustus 11, 2014

zomergast 2014-4


Gisteravond naar dirigent, pianist, componist, muziekpedagoog en hoogleraar Reinbert de Leeuw (1938) gekeken. Voor mij tot nu toe de meest interessante zomergast van dit seizoen. Wat kan die man boeiend over zijn vakgebied praten. Drie uur lang heb ik ademloos naar het voortreffelijke door Wilfried de Jong (1957) geleide interview zitten luisteren. Het komt natuurlijk ook doordat Reinbert de Leeuw op muzikaal gebied al decennia lang een plekje in mijn hart veroverd heeft.

De LP van hem uit 1975 met pianowerken van Erik Satie (1866-1925) heb ik in het verleden letterlijk grijs gedraaid. Ik moest aan deze LP denken toen hij verderop in de avond over het ingetogen spel van de Russische pianist Svatoslav Richter (1915-1997) begon. Tussen de piano en de muziek zat niet de barrière van het ego van de musicus. De enigszins bonkige Rus wist zichzelf op een ontroerende manier weg te cijferen. Met een fragment van een sonate van Franz Schubert (1797-1828) werd duidelijk wat precies werd bedoeld. Reinbert de Leeuw doet het volgens mij niet anders, luister maar eens naar zijn dromerige vertolkingen van Erik Satie.



Reinbert de Leeuw begon de avond met Igor Stravinsky (1882-1971). Met de première in 1913 van Stravinsky's 'Le Sacre du printemps' in Parijs, dat zich destijds ontpopte als het grootste schandaal uit de muziekgeschiedenis. Later componeerde Stravinsky in Amerika religieus getinte muziek, om zichzelf maar niet te herhalen. Verder kregen we een inkijkje in de muzikale opvattingen van Reinbert de Leeuw via Arnold Schönberg (1874-1951) en John Cage (1912-1992). Waarbij de laatste de lachers behoorlijk op de hand kreeg tijdens de serieus bedoelde première op TV in 1960 van 'Water Walk'.



Het is in dit bestek teveel om op te noemen wat er gisteravond allemaal voorbij gekomen is, maar enkele anekdotes wil ik toch aanhalen. Bijvoorbeeld het verhaal over de Franse componist Olivier Messiaen (1908-1992), die samen met zijn vrouw de bossen in trok om naar vogels te luisteren. En wanneer hij dan een interessante zangpartij hoorde, noteerde hij dat bliksemsnel op papier, en nam zijn vrouw dezelfde zangpartij op met een bandrecorder. In zijn werkkamer beluisterde hij dan de tape en schreef hij de zangpartij nog een keer uit. Zo had hij a.h.w. twee partituren van dezelfde zangpartij in het bos waarvan hij uiteindelijk een compositie kon maken. Aan het eind van zijn leven schreef de diep gelovige Messiaen ook nog een opera over St. Franciscus van Assissi, een middeleeuwse heilige die met vogels praatte. We kregen een stuk uit de opera te zien waarin Franciscus in katzwijm valt vanwege de schoonheid waarmee de aartsengel zingt. Prachtig om zo te kunnen geloven en te componeren volgens Reinbert de Leeuw, hij zou dat zo met zijn intellectuele bagage niet kunnen!

Verder maakten we o.a. kennis met de Russische componiste Galina Oestvolskaja (1919-2006), middels 'Schreeuw in het heelal' een stuk dat ze schreef in de jaren ’40 toen dictator Jozef Stalin (1878-1953) nog aan de macht was. Reinbert de Leeuw, die haar stukken heeft uitgevoerd, vertelde dat de pianopartijen regelmatig fysiek pijn doen, omdat je soms wel 48 keer achter elkaar met je knokkels op de toetsen moet rammen. Het leven is hard!
Over het persoonlijke leven van Reinbert de Leeuw kwamen we weinig te weten. Daar wilde hij voor de TV niets over loslaten. Heel even kwam zijn jeugd ter sprake en de vroege dood van zijn ouders, maar veel wijzer werden we daar niet van, prima. Naar aanleiding van een fragment uit de Leeuw's keuzefilm 'Europa' van Lars von Trier (1956), met daarin de mooie actrice Barbara Sukowa (1950), waarmee Reinbert kennelijk gewerkt heeft, bekende hij nog wel dat hij ooit verliefd op haar is geweest, maar daar bleef het bij!

Prachtige avond die besloten werd met een beroemde aria uit de Matthäus Passion van Johann Sebastian Bach (1685-1750) t.w. Erbarme dich, Mein Gott. Beetje wonderlijk na alle moderne klanken, maar volgens Reinbert de Leeuw het hoogste dat de menselijke geest tot nu toe ooit heeft voortgebracht in de geschiedenis. Waarom Bach? Dat blijft een raadsel waar hij in zijn lange zoektocht in de wereld van muziek nog niet achtergekomen is, en waarschijnlijk ook niet achter zal komen. Een kwestie van geloven misschien, zoals iemand eens zei: 'We kunnen niet allemaal in God geloven, maar wel in Bach'.

zondag, augustus 10, 2014

licht, lucht, ruimte


Gistermorgen zijn J en ik naar de tentoonstelling Wit-Rood-Zwart in museum Belvédère geweest in Oranjewoud. Een bijzondere tentoonstelling van vier belangrijke aan Zero gerelateerde kunstenaars t.w. Leo Erb (1923-2012), Bernard Aubertin (1934), Henk Peeters (1925-2013) en Jan Schoonhoven (1914-1994). Zero, in Nederland Nul-beweging, was een beweging in de kunst die behoorde tot de moderne- en hedendaagse kunst in de periode van 1958-1966. De beweging sloot aan bij het constructivisme en vertoonde verwantschap met de op-art (optical art).

De vele verstilde werken die we zagen speelden mooi in op de ruimtelijke werking die van het in 2004 door architect Eerde Schippers (Inbo) ontworpen Museum Belvédère uitgaat. Het strak symmetrisch vormgegeven museumgebouw is a.h.w. organisch verbonden met het landschap. De donkere basalt gevel valt bijna weg tegen de bosschages van het historische Oranjewoud op de achtergrond. Alleen de twee transparante openingen van de entree en het museumcafé lichten op. Het gebouw is dwars op het water van de Prinsenwijk gebouwd, in de achttiende eeuw als 'grand canal' aangelegd door architect en tuinarchitect Daniël Marot. Vanuit het transparante museumcafé, centraal gesitueerd tussen beide museumvleugels in en boven het 'grand canal', heb je naar beide zijden toe een fenomenaal uitzicht op het prachtige landschap.
Prachtig, maar in het museum prevaleert de kunst uiteraard boven de architectuur van het gebouw. Wit–Rood–Zwart is een bijzondere groepstentoonstelling De drie kleurrealiteiten staan symbool voor materie (zwart), geest (wit) en bezieling (rood). Wit-Rood-Zwart is een tentoonstelling waarin verstilde werken worden getoond die inspelen op ruimte en de werking van licht en schaduw, kwaliteiten die raken aan de uitgangspunten van Museum Belvédère. De (niet)kleuren zwart, wit en rood verbinden het werk met dat van de vooroorlogse utopische kunstenaars. De expositie Wit-Rood-Zwart vormt een prelude op de grote Zero-tentoonstelling die later dit jaar opent in New York en die vervolgens te zien zal zijn in Berlijn en Amsterdam.

Op weg naar huis hebben we een ommetje gemaakt, en zijn we via Hindeloopen gereden. In Hindeloopen heb ik op de Hylperhaven en bij de havenmeester, de vvv en in diverse café's onderstaande poster opgehangen, maar dan wel recht op, i.v.m. het aanstaande optreden daar met onze band 'Hodgepodge'. Of de poster effectief zal zijn voor het één en ander moeten we afwachten. We merken het wel, veel meer aan pr kunnen we toch niet doen. Wij hebben er in elk geval zin in, en niet geschoten is altijd mis! Alvorens naar huis te rijden, hebben we na de posteractie bij de havenmeester thuis nog een tijdje genoeglijk zitten kletsen over van alles en nog wat.

woensdag, augustus 06, 2014

rondje Almere e.o.


Heerlijk fietsweertje afgelopen zondag, derhalve samen met J en zus en zwager G en C vanuit het huis van hun zoon en schoondochter een rondje Almere gefietst. Een rondje is misschien niet het juiste woord, weliswaar hebben we een rondje gefietst, maar Almere is stedenbouwkundig gezien een aaneenschakeling van meerdere stadskernen die onderling verbonden zijn middels parkachtige tussenruimten. Het ene moment waan je je in een buitengebied, het andere moment fiets je weer door een stadskern. Maar hoe dan ook, bijna altijd fiets je op een vrijliggend fietspad!
Almere is een prima fietsstad, ik las dat ze daar maar liefst 500 kilometer aan fietsroutes hebben, waarvan 440 km bestaat uit geheel vrij liggende fietspaden, die voor een groot gedeelte zijn geasfalteerd en vrij van autowegen en busbanen liggen. Op het hoofdfietsnetwerk hebben fietsers voorrang en zijn alle kruisingen ongelijkvloers. De honderden bruggen en tunnels in Almere maken deze plaats super fietsvriendelijk. Door dit alles schijnt Almere één van de veiligste fietssteden in Nederland te zijn.

Enfin lekker gefietst dus, volgens de teller ruim 38 km. Het eerste pitstopje, na ons beginpunt in de Filmwijk, was bij het massief hardstenen beeld van staatsman Joop de Uyl (1919-1987) in het Dr. J.M. den Uylpark in Almere Stad. Gemaakt in 1992 door kunstenaar Kees Buckens (Breda, 1957). Vervolgens hebben we op een bankje in de schaduw, ergens in het grensgebied tussen Almere Stad en Almere Poort wat langer zitten kletsen. Uitgerust en bijgetankt ging de trip daarna verder richting IJmeer. Via de dijk en het Krommeslootpark kwamen we uiteindelijk op een gezellig terrasje in Almere Haven terecht. Maar goed dat we niet aan een wedstrijd deelnamen, want van een 'La Chouffe', een stevig Ardens biertje en een portie bitterballen ga je bepaald niet harder fietsen. Maar daar zaten we totaal niet mee, plezier en gezelligheid stond voorop. Via nog een stukje dijk langs het Gooimeer, kwamen we in het prachtige Waterlandse Bos terecht. Aan de overkant van de Lange Wetering zagen we op een gegeven moment de ruïne van 'Kasteel Almere' liggen. (Zie o.a. mijn stukje 'nieuwe ruïnes' van 14 april 2010) Doodzonde eigenlijk dat zo'n kapitaal plan daar nu al vele jaren staat te verpauperen.

Even verderop langs de Lange Wetering fietsten we onder de N305 door. Een eindje voorbij de luxueuze woonarken aan de overkant, fietsten we over de brug met een grote bocht linksaf Almere Stad weer in, en kwamen we uiteindelijk weer bij ons beginpunt in de Filmwijk terecht. Het rondje Almere e.o. was op zich al prachtig, maar het mooie weer, de gezelligheid, het zwembad, de koele wijn, de heerlijke pruimen en appels uit eigen tuin en last but not least de voortreffelijke door C verzorgde maaltijd, deden wat mij betreft deze dag absoluut in de categorie topdagen belanden.

maandag, augustus 04, 2014

nostalgisch Veere


Onlangs hoorde ik 'Het Veerse Gat' van Jaap Fisscher op de radio. Behalve dat ik nog in het bezit ben van een LP met dit nummer uit 1962, heeft de inhoud van de songtekst weinig of geen referenties met mijn persoonlijke herinneringen aan het Veerse Meer. Desalniettemin dwaalde ik daar gelijk, na het horen van dit lied, met mijn gedachten in het verleden rond. In het bijzonder in de tijd toen we ons daar in jachthaven Oostwatering een paar zomers lang met vrienden, tieners, kleine tentjes en zeilbootjes goed hebben vermaakt.

Dagelijks deden we zeilwedstrijdjes met z'n allen, de 420 met spinaker en trapeze ging meestal voorop, maar de Schakel deed het ook niet slecht. De Middellandse zeejol, de kleinste van het trio, kwam met z'n fraaie gaffeltuig meestal achteraan sukkelen. Hoe dan ook, we hadden veel lol en wisselden vaak van boot en bemanning. Dat ging door nonchalance soms ook wel eens een beetje fout. Toen ik een keer als fokkemaat in de trapeze hing van de 420, verloor ik door een bijzondere stuurmanoeuvre van de schipper de controle, en klapte ik met m'n ribbekast tegen de zijkant van het schip. Gevolg, een gekneusde rib, ik kon een aantal dagen nog slechts ingehouden lachen.



(Filmpje van William de Baets voor Alwin: Met 'Het Veerse Gat' van Jaap Fisscher geeft het een prachtig sfeerbeeld van Veere e.o.)

Maar het was niet alleen zeilen wat we daar deden. De prachtige wandel- en fietstochten daar staan me ook altijd nog bij. Met z'n allen barbequeën en drinken bij de tent of op Aardbeieneiland, de verhalen en fantasieën, de avondjes in 'De Kemel', het clubhuis van watersportvereniging 'Arne', het gedoe met jongens en meiden, wat wil je ook, het waren allemaal tieners, enfin teveel om op te noemen. Toen we jaren later daar kwamen met de 'Felis Onca IV' of nog weer later met de 'Swing' was het ook prachtig. Maar toch kon de luxe van een kajuitzeiljacht in mijn beleving niet tippen aan het vermakelijke gerommel in de tentjes en open zeilbootjes van weleer!