In Zwolle hebben we in museum 'De Fundatie' onlangs de expositie 'Cremer in verf' gezien. Een mooie tentoonstelling over 60 jaar schilderkunst van Jan Cremer (1940). Het is een uitgebreid overzicht, vanaf zijn vroegste periode in de jaren vijftig tot aan nu toe. In de expositie is goed te zien, dat felle kleuren en grote gebaren al die tijd immer de basis vormen van zijn schilderkunst. Zijn schilderij 'La Guerre Japonaise' vind ik wat dat betreft een aardig voorbeeld, een vijfluik uit 1960 van 160 x 560 cm, het wordt tegenwoordig beschouwd als de climax van Cremers vroege periode. Prachtig, maar zijn schilderijen van de zee spreken me nog meer aan. De golven worden door de verflagen niet alleen in kleuren weergegeven, maar vooral ook in dikte. Kijkend naar zo'n schilderij waan je je door de centimeters dikke verflklodders haast fysiek aanwezig op een eindeloos kolkende zee. Fascinerend, in het Groninger Museum had ik enkele zeegezichten van hem al eens eerder gezien, (zie in mijn blogarchief 'museumweekend' van 9 april 2006) maar ze blijven me boeien. Grote, centimeters dikke doeken, een genre waar Cremer in het eerste decennium van 2000 mee begonnen is. Jan Cremer, grensverleggende vechtersbaas met verf, maar ook met de pen! We zullen denk ik nog regelmatig van hem horen, hij is per slot van rekening nog lang geen honderd.
Cover 'Ik Jan Cremer' 1964
In zijn beroemde autobiografie 'Ik Jan Cremer' uit 1964, las ik destijds o.m. dat het leven volgens hem een eenmansguerrilla is. Jan Cremer gedijt bij tegenstand en strijd is kennelijk zijn motto. De commotie die 'Ik Jan Cremer' in ons brave landje veroorzaakte toen het werd uitgebracht, was destijds voor mij sowieso een reden om het te lezen! Jan Cremer is een jongen, die zich vanaf zijn prille jeugd al afzet tegen mensen en instanties die proberen gezag over hem uit te oefenen. Door zijn recalcitrante gedrag komt hij veel in aanraking met het gezag en diverse inrichtingen. Aan de andere kant wordt hij zo snel wereldwijs. Hij gaat al op z'n dertiende met een meisje naar bed, waarna hij de smaak goed te pakken heeft. En op zijn veertiende vertrekt hij in z'n eentje naar Parijs en schilderd hij reeds. Maar hij wordt vrij snel door de gendarmerie opgepakt en op de trein naar huis gezet. De inrichtingen waar hij vervolgens in terecht komt, maken van hem geen beter mens. En ook van de kunstacademie, waar hij een tijdje later op terecht komt, wordt hij na een poosje weer afgegooid. Echter de levenswijze van Jan Cremer slaat hem uiteindelijk overal door heen. Geld heeft hij (nog) niet, maar hij weet zich evengoed steeds te redden middels allerlei baantjes of rijke dames. Maar geleidelijk aan wordt hij een beetje bekend in het kunstwereldje, en begint hij geld te verdienen met zijn schilderijen. Berlijn, Parijs, Marseille, Ibiza, na veel omzwervingen komt hij terug in Nederland, waar zijn naam als een tegendraadse beroemdheid gevestigd is! 'Ik Jan Cremer', er waren mensen die het boek walgelijk en fascistisch vonden, maar desalniettemin is dit boek, zoals Jan Cremer het zelf al aankondigde, een bestseller gebleken en werd het boek het grootste verkoopsucces van uitgeverij De Bezige Bij. 'Ik Jan Cremer' dat uiteindelijk is vertaald in 12 talen en in 30 landen is uitgekomen, deed in 1964 veel stof opwaaien, en heeft destijds in veel gezinnen een generatiekloof blootgelegd. Mede door publiciteitsstunts van Jan Cremer zelf, heeft de heisa rond zijn autobiografie lang stand gehouden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten