zondag, februari 16, 2014

berg en dal op zee


Gisteren was er sprake van een zuidwesterstorm langs de kust, windkracht 8 tot 9. Maar in mijn werkkamertje had ik daar geen last van. Wel zag ik bij vlagen de bomen en struiken in de tuin heftig heen en weer zwiepen, maar dat was het wel zo'n beetje. Prachtig zo'n storm, lekker uitwaaien op het strand, een boeiend fenomeen, ook op zee. Alleen op zee beleef ik een storm heel anders. Weliswaar vind ik in een zeiljachtje windkracht 8 tot 9 nog steeds een boeiend fenomeen, maar wel graag in de haven. Maar ondanks de kwaliteit van de weerberichten, heb ik in al die jaren zeilen vaak zat gemerkt dat je evengoed door zwaar weer kan worden overvallen, zeker bij een wat langere oversteek. Als ik daar aan denk komen in mijn geheugen een paar aardige zeiltochtjes boven drijven!

Zomer 1989, Portsmouth - Brighton, ca. 42 mijl met 'AURORA' (Jaguar 25') bemanning: Jo. en ondergetekende.

Droog maar somber weer bij vertrek 's morgens, wind ZW 5 Bft. De weerberichten repten over een stormachtige wind tegen de avond, ca. 8 Bft. Met wind en stroom mee zouden we volgens onze berekening voor dit zeiltochtje maximaal 6 uur nodig hebben, dus tegen de avond zouden we al lang en breed weer in de veilige haven liggen. Met gereefd zeil spurten we met ruime koers comfortabel richting Brighton, prachtig! Echter al na een paar uur moesten we onze zeilvoering aanpassen aan de snel verslechterende weersomstandigheden. De vlagerige wind trok aan, de golfen werden hoger en de lucht achter ons begon er steeds dreigender uit te zien. Maar we gingen als een speer, ondanks de drastisch verminderde zeilvoering, en dat was mooi en maar goed ook. Want toen we na enige tijd in de verte de zware brekers tegen het westelijk havenhoofd van Brighton zagen slaan, leek ons het nu al een crime om straks dwars op de golven goed door de vrij smalle haveningang te komen, laat staan als het nog harder gaat blazen. Het was inderdaad even knap spannend, maar eenmaal binnen, afgemeerd achter de hoge muur, was het voorbij ook al kletterden de over de muur slaande brekers met veel geweld op het dek. Heerlijk, wij lagen net op tijd binnen, de windmeter gaf inmiddels 9 Bft. aan. Dat is niet stormachtig, dat is een heuse storm!

Voorjaar 1992, IJmuiden - Woolverstone, ca. 130 mijl met 'Felis Onca IV' (Jaguar 30') bemanning: Jo., Ejr., A, S, W en ondergetekende.

Zeilend op de Noordzee hoorden we ergens tussen IJmuiden en Harwich in de verte gerommel en zagen we het weerlichten. Nog ver weg voor ons gevoel, toch haalden we het grootzeil maar alvast omlaag, en rolden we de fok een stukje in. Want het was wel duidelijk dat de donderbui niet aan ons voorbij zou gaan. De ontladingen kwamen dichter bij, het begon te regenen en een paar flinke rukwinden waren de voorbode van wat op ons af kwam. En ineens was het zover en zaten we midden in de shit. Ook het kleine puntje voorzeil dat nog stond werd snel ingedraaid, maar zelfs alleen op romp en mast maakten we nog een respectabele slagzij. Voor zover we de ogen door de hevige regen en wind open konden houden, zagen we de zee fel oplichten door de vele blikseminslagen om ons heen, alsof het overdag was. De donderslagen waren boven het gebulder van de wind en het geraas van de regen nog oorverdovend. Een boeiend fenomeen!

(Een polyester schip is geen 'Kooi van Faraday', het nut van een ankerketting of dikke koperdraad aan de verstaging of beter nog aan de mast, en dan overboord voor een eventuele ontlading betwijfel ik. Mogelijk dat het werkt bij een luttele 230 Volt, maar bij een blikseminslag kan de spanning wel 400.000 keer hoger zijn! Toch had ik op dat moment spijt dat ik mijn ankerketting niet buiten boord had gehangen, want 'Baat het niet dan schaadt het niet').

Op een gegeven werd het in de kuip zo gortig dat ik het werk maar even helemaal aan de stuurautomaat overliet, en ook bij de anderen in de kajuit ben gaan zitten, bovendien wilde ik een beetje uit de buurt van de verstaging blijven. De automaat had het er erg moeilijk mee, gierend van bakboord naar stuurboord schoten we als een zuipschuit door het water. Spannend, maar wonderlijk, zo snel als het gekomen was, zo snel was het weer over ook. Hooguit een uur heefd het hele feest geduurd, opluchting alom. Buiten het monotone geronk van de motor heerste er ineens een oorverdovende stilte. De atmosfeer was helemaal opgeknapt, windstil en glashelder zicht, beter dan we de hele dag hadden gehad. In de verte zagen we de navigatieverlichting van enkele schepen in de shipping lane. Toch mooi dat we daar niet zaten toen we door die donderbui werden overvallen!

Zomer 2001, Den Helder - Lerwick, ca. 600 mijl met 'Swing' (Catalina 34') bemanning: Ja., P, R en ondergetekende.

Deze keer een wat langere oversteek, ca. vier etmalen. Prachtige zeiltocht naar de Shetlandeilanden. Voorbij Schotland veranderd het karakter van de Noordzee gelijdelijk aan, en wordt de invloed van de Atlantische Oceaan aan merkbaar. Op een gegeven moment waanden we ons door de lange oceaandeining als het ware in de Ardennen of de Eifel. Een eindeloze cadans van berg op, berg af, prachtig. Echter de laatste nacht op zee trok de wind uit ZW richting aan tot 8 Bft. De bergen werden hoger, de dalen dieper, verschillen van meer dan 10 meter, heftig. In de kajuit klapte Ja. met z'n gezicht tegen de wand en brak z'n neus. Met de ruime koers die we voeren was het opletten geblazen om niet te gijpen. Maar toch gebeurde dat in de consternatie van de gebroken neus, op een gegeven ogenblik kwam de giek door een stuurfout met een vernietigende klap over. Door als de bliksem de motor bij te zetten en het voorzeil in te rollen, hadden we de 'Swing' in de enorme golven vrij snel weer op het goede oor liggen. Maar bij aankomst in Lerwick 's morgens vroeg, zagen we pas hoe hard de klap was aangekomen, tijdens de terugtocht via de Noorse fjordenkust, zouden we genoegen moeten nemen met een enigszins kromme giek. Hoog aan de wind zeilen konden we wel vergeten!

Voorjaar 2002, Larvik - Den Helder, ca. 420 mijl met 'Swing' (Catalina 34') bemanning: Ja., R en ondergetekende.

In de Duitse Bocht, even boven de shipping lane en de waddeneilanden diende de storm zich in de namiddag aan met 8 Bft. WNW. De hele dag was het al rumoerig geweest in het zwerk, maar dat was slechts de opmaat geweest voor het grotere werk. Even hebben we met de gedachten gespeeld om uit te wijken naar Helgoland, maar bij nader inzien leek ons dat toch geen goed plan. Doorgaan dus, grote warrige golven en pikkedonker, sowieso zagen we niks als we in een golfdal zaten. En aan de radar had ik ook even niks, het was één en al clutter. Om dat te kunnen zeven moest ik één hand vrij maken voor de knopjes, maar dat lukte me van geen kant. M'n stuurautomaat kon het natuurgeweld niet aan, en ik had beide handen nodig aan het roer om op koers te blijven. Stom, ik had het één en ander natuurlijk moeten instellen toen het nog kon. Met gekrulde teentjes van spanning, stoven we beide shippinglanes over op een puntje voorzeil en de motor bij, met een zicht van nul komma nul meter in de golfdalen. Het is goddank allemaal goed gegaan, maar toen we in de vroege ochtend in de verte de gigantisch wit schuimende zeeën boven de Gronden van Stortemelk zagen breken, leek het ons ondanks de afnemende wind maar beter deze afslag niet te nemen, en door te varen naar Den Helder waar we in de vroege ochtend aankwamen. Eenmaal afgemeerd in de haven, zijn we met z'n drieën onder invloed van een pikketanisje en een vriendelijk louterend ochtendzonnetje in de kuip, voor een paar uurtjes totaal van de wereld geweest!

Geen opmerkingen: