vrijdag, januari 25, 2008

The "Braer"



Toen ik het in mijn stukje over de Shetlandeilanden van 16 januari j.l. even over de Liberiaanse olietanker de "Braer" had die daar op 5 januari 1993 is vergaan, stond de berichtgeving over deze ramp mij weer helder voor de geest, alsof het gisteren was gebeurd. Dat zal waarschijnlijk ook de reden zijn, waarom ik er de dagen daarna in mijn hoofd mee rond bleef lopen. Waarom? Ik zou het niet weten, misschien is het mijn interesse voor de zee en de wereld van varen en alles wat daar mee te maken heeft. Door vervolgens ook nog wat te googelen op het internet, werd het helemaal weer een actueel gebeuren, en zijn mijn herinneringen aan deze ramp natuurlijk ook nog eens gecompleteerd met allerlei nieuwe gegevens. Het is een lang verhaal, vooral over schuldvraag en schadeclaims, maar ik hou het hier kort.

De "Braer" was een in 1975 gebouwde 89.000 ton grote Liberiaanse olietanker, met een breedte van 38 meter en een lengte van 234 meter. Beladen met 84.700 ton Noorse Gullfaks ruwe olie, was de "Braer" vanuit Mongstad (nabij Bergen) in Noorwegen opweg naar Quebec in Canada. Om op de Atlantische Oceaan te komen, had de "Braer" vanuit haar vertrekpunt in rechte lijn een koers uitgezet, die leidde door het vrij smalle vaarwater tussen de Shetlands en de Orkneys door. Logisch, de kortste weg, maar daar is later veel over te doen geweest, het vaarwater tussen deze eilanden door is voor een dergelijk groot schip toch vrij smal als er wat gebeurd, zeker bij zwaar weer.

Door zeewater in de brandstoftanks van de "Braer" vielen op 5 januari 's morgens rond 04.40 uur de motoren uit, en daardoor ook de elektronische navigatiesystemen.
De geschatte positie van de "Braer" is dan zo 10 à 11 nm ten zuiden van Sumburgh Head, het zuidelijkste puntje van de Shetlands. In de zware storm, kracht 10 à 11 uit ZW richting ligt het schip stuurloos in de huizenhoge golven en geraakt ze uiteraard op drift richting de Shetlands. Kustwacht, sleep- en reddingsdiensten worden gewaarschuwd en komen snel in aktie. Met een helikopter worden de bemanningsleden van boord gehaald, een levensgevaarlijke aktie bij storm en hoge golven. Desalniettemin worden na verloop van enige tijd bij een sleeppoging de kapitein en enkele bemanningsleden weer even teruggezet aan boord. Maar alle pogingen mislukken! Aanvankelijk dacht men dat het schip op de rotsen bij Sumburgh zou lopen, maar door de sterke stroming en het tij, blijft de "Braer" nog even vrij van de kust en spoelt ze om Sumburgh heen over de Quendalebaai richting Garths Ness, om daar rond 11.19 uur bij zeer zwaar weer op de rotsen te slaan.

In ongeveer 12 dagen na dit moment kwam 84.700 ton Gulfaks crude oil (ruwe aardolie) en 1500 ton bunkers (zware stookolie) in zee terecht. In de zware storm werd het schip door de zeeën compleet kapot geslagen. Door het slechte weer kon alleen worden gewerkt met bestrijdingsmiddelen vanuit vliegtuigen. Het opmerkelijke aan deze ramp was dat nagenoeg alle olie was verdwenen, als het ware kapot geslagen door de zware zeegang. De oliedruppels bleken zich te hebben gebonden aan bodemsedimenten en waren gezonken. Ook werd veel olie, door de zware storm, over de rotskust verspreid. In zalmkwekerijen op zee moesten miljoenen vissen worden vernietigd, en moesten vele dode vogels, zeehonden en otters worden geborgen. Pas na 6 jaar was het maritieme leven weer normaal.

Desalniettemin schrijft op 31 december 1993, dus bijna één jaar later, een journalist van het dagblad TROUW het volgende:
De steile zwarte rotswand steekt hoog boven het wrak van de "Braer" uit. Rond de boeg van de olietanker, die op 5 januari op deze plek te pletter sloeg, zwemmen zeehonden en otters. Kuifaalscholvers, zilvermeeuwen en een enkele voor dit jaargetijde vroege Jan van Gent nemen de stormachtige wind voor lief en zingen een melodie, loflied op dit paradijs.
De boeg van de "Braer" is ogenschijnlijk het enige bewijs van de ramp, die zich bijna een jaar geleden in vliegende storm voltrok. Vier, hooguit vijf meter steekt dit deel bijna rechtstandig boven de zee uit. Alsof een druk op de knop voldoende is het groenbruine schroot te lanceren. Van de bijna 85.000 ton olie die uit de "Braer" stroomde, de zee besmeurde en alle leven in dit gebied leek te vernietigen, is nergens iets te ontdekken.

Kennelijk had de natuur zich voor het oog in nog geen jaar hersteld, sneller dan iedereen voor mogelijk had gehouden!

Geen opmerkingen: