donderdag, april 19, 2007

gek



Donderdagmiddag, nationaal museum van de psychiatrie "Het Dolhuys" in Haarlem.

Als kind logeerde ik wel eens bij een oom die banketbakker was in Deventer. In de buurt van zijn bakkerij en de winkel stond het St. Elisabeths-Gasthuis, het gekkenhuis volgens mijn oom. Geboeid door dit gegeven, probeerde ik altijd als ik er logeerde een glimp van een gek op te vangen achter één van de getraliede vensters. Soms zag je wat bewegen, maar of dat nou een gek was? Hoe zag een gek er eigenlijk uit? Mijn neefje en ik kwamen er maar niet achter, dus doken we na verloop van tijd de bakkerij maar in om ons daar stiekem een poosje volledig te wijden aan het slagroom likken.

Als 19 jarige, veel later dus, heb ik een tijdje als vrijwilliger tijdens de weekenden in een psychiatrische inrichting gewerkt. Toen heb ik de gekken wel goed kunnen bekijken. Ik kwam er toen achter dat het eigenlijk gewone mensen waren, mensen als ikzelf, en dat ze ook gek waren op snoepen en slagroom likken.

In "Het Dolhuys" kom je op een interactieve manier te weten, hoe Nederland door de eeuwen heen met 'waanzin' is omgegaan. Met een stethoscoop kan je bijvoorbeeld luisteren naar verhalen van psychiaters, patiënten en verplegers. Maar ook worden actuele maatschappelijke kwesties belicht vanuit de psychiatrie.
"Het Dolhuys" is i.p.v. een dingenmuseum eigenlijk een mensenmuseum. Je ontmoet daar gewone mensen en hun verhalen. Het zijn confronterende en aangrijpende verhalen, maar ook geestig en relativerend. Alle thema's zijn vanuit een persoonlijk perspectief uitgewerkt, vanuit dollen, gekken of cliënten zoals ze tegenwoordig worden genoemd.

In "Het Dolhuys" kan je zelfs de weg kwijtraken, je dwaald dan maar wat rond, maar ook dat hoord bij de ontdekkingstocht door de wereld van de waanzin. De primaire opzet van dit alles is, dat "Het Dolhuys" tracht een zinvolle bijdrage te leveren aan de maatschappelijke integratie van psychiatrische patiënten.

Geen opmerkingen: